Einde inhoudsopgave
Algemene douaneregeling
Artikel 6:2
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2020
- Redactionele toelichting
De toelichting bij deze wijziging is gecorrigeerd via een rectificatie (28-07-2020).
- Bronpublicatie:
25-06-2020, Stcrt. 2020, 35213 (uitgifte: 29-06-2020, regelingnummer: 2020-0000119455)
- Inwerkingtreding
01-07-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-06-2020, Stcrt. 2020, 35213 (uitgifte: 29-06-2020, regelingnummer: 2020-0000119455)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Economische Zaken
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
Agrarisch recht (V)
Douane (V)
Fiscaal strafrecht (V)
1.
Van een schip of een luchtvaartuig dat het douanegebied van de Unie over zee, onderscheidenlijk door de lucht, zal verlaten, wordt voor vertrek op elektronische wijze een aangifte ten uitklaring gedaan door het inzenden van de generale verklaring (IMO/FAL 1), onderscheidenlijk door het inzenden van de generale verklaring luchtvaart, bedoeld in bijlage 9 bij het op 7 december 1944 te Chicago tot stand gekomen Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart (Stb. 1947, 165), waarin de gegevenselementen, genoemd in bijlage IXa, titel III, zijn opgenomen
2.
Van alle goederen geladen in een Nederlandse haven of luchthaven aan boord van het schip of luchtvaartuig, bedoeld in het eerste lid, wordt uiterlijk op de werkdag volgend op de dag van vertrek uit de haven, onderscheidenlijk de luchthaven, een aangifte ten uitklaring gedaan bij het douanekantoor van uitgang door het op elektronische wijze inzenden van het douanemanifest bij uitgang waarin de gegevenselementen, genoemd in bijlage IXa, titel II, zijn opgenomen.