V-N 2020/44.14
Geen informeel verschoningsrecht voor financiële dienstverlener. Belastingambtenaren niet als getuige gehoord
HR 28-08-2020, ECLI:NL:HR:2020:1332, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 augustus 2020
- Zaaknummer
19/04731
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS231191:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Informatieverplichting
Invordering / Aansprakelijkheid
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1332, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑08‑2020
- Wetingang
Essentie
Hof Arnhem Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat X bv zich ten onrechte beroept op het informele verschoningsrecht. De inspecteur heeft namelijk geen concrete e-mails of stukken uit de klantendossiers opgevraagd. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk.
Samenvatting
X bv is onderdeel van een groep gelieerde rechtspersonen die fiscale en juridische diensten verleent als trustkantoor. In januari 2014 start een boekenonderzoek bij X bv in het kader van een projectmatige aanpak van trustkantoren. Tijdens dit onderzoek worden vragen gesteld over creditnota’s, vervoersbewijzen, reiskosten en opnamen van contant geld. X bv weigert medewerking aan het onderzoek, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.