NJB 2023/2563
Vordering benadeelde partij in zaak over onttrekking aan het gezag van hun moeder, art. 51f en 361 Sv: in casu kon het hof oordelen dat het niet redelijk is om bij de vaststelling van de door de verdachte te vergoeden schade rekening te houden met het bedrag dat de benadeelde partij heeft ontvangen uit crowdfunding (vgl. art. 6:100 BW).
HR 17-10-2023, ECLI:NL:HR:2023:1464
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 oktober 2023
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, T. Kooijmans, C.N. Dalebout
- Zaaknummer
21/04662
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1464, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑10‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:913, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 26‑09‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑06‑2022
- Wetingang
(art. 51f, 361 Sv; art. 6:100 BW)
Essentie
Vordering benadeelde partij in zaak over onttrekking aan het gezag van hun moeder, art. 51f en 361 Sv: in casu kon het hof oordelen dat het niet redelijk is om bij de vaststelling van de door de verdachte te vergoeden schade rekening te houden met het bedrag dat de benadeelde partij heeft ontvangen uit crowdfunding (vgl. art. 6:100 BW).
Uitspraak
Inleiding
Verdachte is veroordeeld wegens – kort gezegd – ‘opzettelijk een minderjarige onttrekken aan het wettig over hem gesteld gezag, meermalen gepleegd’.
In zijn arrest heeft het hof geoordeeld dat de benadeelde partij ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.