Einde inhoudsopgave
Leidraad Invordering 2008
73.5.4 Houding ontvanger tijdens uitstel MSNP
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
30-06-2021, Stcrt. 2021, 33908 (uitgifte: 01-07-2021, regelingnummer: 2021-14323)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-06-2021, Stcrt. 2021, 33908 (uitgifte: 01-07-2021, regelingnummer: 2021-14323)
- Vakgebied(en)
Invordering (V)
Als sprake is van een verleend uitstel van betaling op grond van een schuldregelingsovereenkomst, handelt de ontvanger gedurende de periode van uitstel op dezelfde wijze als bij een wettelijke schuldsaneringsregeling.
Als de belastingschuldige verzoekt om kwijtschelding van belastingschulden die materieel zijn ontstaan na de dag van de dagtekening van de schuldregelingsovereenkomst, dan wordt het verzoek behandeld overeenkomstig het bestaande beleid.
Dit houdt onder meer in dat bij de berekening van de in artikel 13 van de regeling bedoelde betalingscapaciteit op het inkomen van de belastingschuldige niet in mindering wordt gebracht dat deel van het inkomen dat onder het financieel beheer door de schuldhulpverlener valt. Verder wordt opgemerkt dat de middelen die onder financieel beheer van de schuldhulpverlener berusten, niet worden beschouwd als vermogen in de zin van artikel 12 van de regeling.