NJ 1936/950
Vordering saldo rekening-courant volgens door gedaagde geteekend saldo-biljet. Ontkenning van de echtheid der handteekening door gedaagde en betichting van valschheid. Bewijs geleverd geacht door verhoor op vraagpunten en getuigenbewijs, zonder dat van bedoeld saldobiljet als bewijsstuk is gebruik gemaakt.
HR 12-06-1936, ECLI:NL:HR:1936:94
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 juni 1936
- Magistraten
Mrs. Jhr. Feith, van Gelein Vitringa, de Menthon Bake, Nypels, Servatius
- Zaaknummer
[12061936/NJ_1936-950]
- Conclusie
Mr. Besier
- JCDI
JCDI:ADS129955:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1936:94, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑06‑1936
- Wetingang
Essentie
Vordering saldo rekening-courant volgens door gedaagde geteekend saldo-biljet. Ontkenning van de echtheid der handteekening door gedaagde en betichting van valschheid. Bewijs geleverd geacht door verhoor op vraagpunten en getuigenbewijs, zonder dat van bedoeld saldobiljet als bewijsstuk is gebruik gemaakt.
Samenvatting
Het eerste middel, dat als vaststaande aanneemt, dat de onderdirecteur van verweerster partij was in dit geding, mist feitelijken grondslag.
Nu het Hof het bewijs geleverd heeft geacht, terwijl het saldobiljet niet als bewijsstuk in het geding was, zoodat de al of niet echtheid van dat biljet bij het bewijs van de grondslagen geen rol heeft gespeeld, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.