Rb. Haarlem, 28-11-2005, nr. 15/500309-05
ECLI:NL:RBHAA:2005:AU7214
- Instantie
Rechtbank Haarlem
- Datum
28-11-2005
- Zaaknummer
15/500309-05
- LJN
AU7214
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten en formele relaties
ECLI:NL:RBHAA:2005:AU7214, Uitspraak, Rechtbank Haarlem, 28‑11‑2005; (Eerste aanleg - meervoudig)
Uitspraak 28‑11‑2005
Inhoudsindicatie
Mensensmokkel, 197a Sr; smokkelen AMA's; behulpzaam zijn bij verschaffen wederrechtelijke doorreis dan wel verblijf van AMA's; 197a Sr ziet ook op mensensmokkel van asielzoekers aan wie, zolang op hun asielaanvraag niet is beslist, verblijf in Nederland wordt toegestaan.
Partij(en)
RECHTBANK HAARLEM
VESTIGING SCHIPHOL
SECTOR STRAFRECHT
MEERVOUDIGE STRAFKAMER
Parketnummer: 15/500309-05
Uitspraakdatum: 28 november 2005
Tegenspraak
STRAFVONNIS (art. 138 Sv)
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 9 november 2005 en 14 november 2005 in de zaak tegen:
Een persoon zich noemende [verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande,
thans zich in vreemdelingenbewaring bevindende in het Detentie Centrum Zeist, Vreemdelingen, te Soesterberg.
1. Tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd wat in de dagvaarding is omschreven. Een kopie van die dagvaarding is als bijlage I aan dit vonnis gehecht en maakt daarvan deel uit.
Op vordering van de officier van justitie is de tenlastelegging gewijzigd. Een kopie van die vordering is als bijlage II bij dit vonnis gevoegd en maakt daarvan deel uit.
2. Voorvragen
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
3. De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft - zakelijk weergegeven - tot het navolgende gerekwireerd:
- -
Bewezenverklaring van de onder 1, 2, en 3 tenlastegelegde feiten.
- -
Oplegging van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en/of voorlopige hechtenis heeft doorgebracht. Onttrekking aan het verkeer van drie Japanse paspoorten. Verbeurdverklaring van de Nokia telefoon en het bij verdachte aangetroffen geld.
4. Bewijsbeslissingen
4.1
Verweer
De raadsman van verdachte heeft aangevoerd dat verdachte niet behulpzaam is geweest bij het verschaffen van wederrechtelijk verblijf dan wel de doorreis van de Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers (hierna: AMA’s) [betrokkene 1] en [betrokkene 2], omdat ze door de status van AMA legaal in Nederland verbleven.
De rechtbank verwerpt dit verweer. De rechtbank is van oordeel dat de doorreis van de door verdachte gesmokkelde AMA’s wederrechtelijk is. Blijkens het dossier en in het bijzonder de hierna onder 6. en 7. opgenomen tapgesprekken, hebben [betrokkene 1] en [betrokkene 2] de AMA-status verworven met het oog op hun al in China geregelde doorreis naar een ander Schengenland, namelijk Frankrijk en Italië. Bij hun aankomst in Nederland waren zij niet in het bezit van een geldig reisdocument. Hen is uitsluitend verblijf in Nederland toegestaan omdat en zolang zij - al of niet terecht - zijn aangemerkt als AMA, een status die hen wordt verleend juist met het oog op hun kwetsbare positie als alleenstaande minderjarige. Als zodanig zijn zij daarom toevertrouwd aan de zorg van de Stichting NIDOS en de medewerkers van de KinderWoonGroep waarin zij zijn ondergebracht. [betrokkene 1] en [betrokkene 2] zijn, zonder de leiding van de KinderWoonGroep daarvan op de hoogte te stellen, met de hulp van verdachte en zijn mededaders afgeweken van hun normale schoolgang en vertrokken met als bestemming het buitenland, zonder de intentie om terug te keren en een beslissing op hun asielaanvraag in Nederland af te wachten. Onder die omstandigheden moet hun doorreis door Nederland als wederrechtelijk worden aangemerkt. Daarbij is nog van belang, dat uit de parlementaire geschiedenis blijkt dat artikel 197a van het Wetboek van Strafrecht ook ziet op mensensmokkel van asielzoekers aan wie, zolang op hun asielaanvraag niet is beslist, verblijf in Nederland wordt toegestaan.
4.2
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de tenlastegelegde feiten heeft begaan in dier voege dat
- 1.
hij in de periode van 15 februari 2005 tot en met 21 februari 2005 te Driehuis, gemeente Velsen, en Haarlem en Rotterdam, in vereniging met anderen een persoon, te weten [betrokkene 1] (althans zich noemende [betrokkene 1]), behulpzaam is geweest bij de doorreis door Nederland, immers hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s),
- -
(telefonische) contacten gelegd en onderhouden teneinde te bewerkstelligen dat die [betrokkene 1] vanuit KinderWoonGroep De Baan te Driehuis naar Frankrijk zou worden gesmokkeld en
- -
vervolgens die [betrokkene 1] van KinderWoonGroep De Baan naar het Centraal Station Haarlem laten sturen en
- -
vervolgens die [betrokkene 1] benaderd met de vraag of hij een kennis was van A. Xing naast een telefooncel bij het Centraal Station Haarlem en
- -
vervolgens die [betrokkene 1] hem, verdachte, laten volgen en
- -
vervolgens voor die [betrokkene 1] een treinkaart van Haarlem naar Rotterdam gekocht en betaald en
- -
vervolgens die [betrokkene 1] per trein begeleid en vergezeld naar het Centraal Station Rotterdam en
- -
vervolgens die [betrokkene 1] bij een bushalte te Rotterdam afgezet en achtergelaten
terwijl hij, verdachte en zijn mededader(s) wisten dat die doorreis wederrechtelijk was.
- 2.
hij in de periode van 15 februari 2005 tot en met 21 februari 2005 te Haarlem en Rotterdam, in vereniging met anderen, een persoon, te weten [betrokkene 2] (althans zich noemende [betrokkene 2]), behulpzaam is geweest bij de doorreis door Nederland, immers hebben hij, verdachte, en/of zijn mededader(s),
- -
(telefonische) contacten gelegd en onderhouden teneinde te bewerkstelligen dat die [betrokkene 2] vanuit KinderWoonGroep Floriande te Hoofddorp naar Italië zou worden gesmokkeld en
- -
vervolgens die [betrokkene 2] van KinderWoonGroep Floriande naar het Centraal Station Haarlem laten sturen en
- -
vervolgens die [betrokkene 2] benaderd met de vraag of zij een kennis was van A. Xing nabij een bushalte bij het Centraal Station Haarlem en
- -
vervolgens die [betrokkene 2] hem, verdachte, laten volgen en die [betrokkene 2] opgehaald vanaf het Centraal Station Haarlem en
- -
vervolgens voor die [betrokkene 2] een treinkaart van Haarlem naar Rotterdam gekocht en betaald en
- -
vervolgens die [betrokkene 2] naar perron 6 van het Centraal Station Haarlem begeleid en vergezeld,
terwijl hij, verdachte en zijn mededader(s) wisten dat die doorreis wederrechtelijk was.
- 3.
hij op 21 februari 2005 te Haarlem in het bezit was van reisdocumenten, te weten twee nationale paspoorten van Japan, op naam gesteld van [houder paspoort 1] voorzien van paspoortnummer [paspoortnummer 1] en op naam gesteld van [houder paspoort 2] voorzien van paspoortnummer [paspoortnummer 2], waarvan hij redelijkerwijs moest vermoeden dat de reisdocumenten vervalst waren.
Voorzover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan verdachte onder 1, 2 en 3 meer of anders is tenlastegelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
4.3
Bewijsmiddelen
De rechtbank grondt haar beslissing dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de navolgende bewijsmiddelen zijn vervat.
(...)
5. Strafbaarheid van de feiten
Het onder 1. en 2. bewezenverklaarde levert op:
Telkens: een ander behulpzaam zijn bij de doorreis door Nederland terwijl hij weet dat die doorreis wederrechtelijk is, terwijl het feit in vereniging wordt begaan door meer personen.
Het onder 3. bewezenverklaarde levert op:
Opzettelijk in het bezit zijn van reisdocumenten waarvan hij redelijkerwijs moet vermoeden dat ze vervalst zijn.
6. Strafbaarheid van verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dus strafbaar.
7. Motivering van de sancties en de overige beslissingen
Hoofdstraf
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
In het bijzonder heeft de rechtbank het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan het smokkelen van twee jonge asielzoekers van Chinese afkomst. Zijn aandeel bestond hierin dat hij telefonisch contact onderhield met een medeverdachte die zich in de Kinderwoongroep bevond en één van de asielzoekers, [betrokkene 1], teneinde afspraken te maken over tijd en plaats van vertrek van de beide asielzoekers. Vervolgens heeft verdachte twee treinkaartjes naar Rotterdam gekocht en [betrokkene 1], naar Rotterdam begeleid en de andere asielzoeker, [betrokkene 2], naar een perron op centraal station Haarlem gebracht met het doel ook haar mee te nemen naar Rotterdam. Verdachte had twee vervalste paspoorten bij zich, waarvan hij er één aan [betrokkene 2] wilde geven. Het was de bedoeling dat [betrokkene 1] en [betrokkene 2] door zouden reizen naar Frankrijk en/of Italië
Verdachte wist of had moeten weten dat de te smokkelen personen grote sommen geld moesten betalen om hun reis naar Nederland en doorreis naar een ander land in Europa te bekostigen. Hiermee wordt uit winstbejag misbruik gemaakt van de kennelijk grote wens van de te smokkelen personen om zich in Europa te vestigen.
Mensensmokkel valt onder de categorie strafbare feiten die ernstig inbreuk maken op de rechtsorde en die in de samenleving gevoelens van grote onrust veroorzaken.
Door commerciële mensensmokkel wordt niet alleen het overheidsbeleid inzake bestrijding van de illegale toegang tot en de doorreis door Nederland doorkruist, maar wordt ook bijgedragen tot het instandhouden van een illegaal circuit, waardoor het maatschappelijk verkeer wordt of kan worden geschaad en gecorrumpeerd, terwijl het draagvlak om de echte asielzoekers (politieke vluchtelingen in de zin van de conventie van Genève) ruimhartig op te vangen daardoor in ernstige mate wordt ondermijnd. In dit geval betrof het bovendien jonge asielzoekers aan wie, ter bescherming van hun kwetsbare positie, de AMA status was verleend en waarvan de verdwijning tot grote zorg heeft geleid bij de instanties waaraan zij waren toevertrouwd.
Op grond van de ernst van de bewezenverklaarde feiten en de rol die verdachte heeft gespeeld bij deze mensensmokkel, acht de rechtbank, conform de eis van de officier van justitie, een vrijheidsbenemende straf van na te melden duur op haar plaats. De persoonlijke omstandigheden van verdachte hebben de rechtbank geen aanleiding gegeven de op te leggen straf te matigen.
Verbeurdverklaring
De rechtbank is van oordeel dat de onder verdachte inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerp, te weten een Nokia telefoontoestel en een geldbedrag dienen te worden verbeurd verklaard. Uit het onderzoek op de terechtzitting is gebleken dat de bewezenverklaarde feiten met behulp van die telefoon en dat geld, welke voorwerpen aan verdachte toebehoren, is begaan of voorbereid.
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank is van oordeel dat de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten drie Japanse paspoorten dienen te worden onttrokken aan het verkeer. Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat het bewezenverklaarde feit met betrekking tot die paspoorten is begaan en met behulp van die paspoorten is begaan of voorbereid.
Het ongecontroleerde bezit hiervan is in strijd met de wet.
8. Toepasselijke wettelijke voorschriften
De volgende wetsartikelen zijn van toepassing:
33, 33a, 36b, 36c, 36d, 57, 197a en 231 Wetboek van Strafrecht
9. Beslissing
De rechtbank:
Verklaart bewezen dat verdachte de tenlastegelegde onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 4.2 vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij.
Bepaalt dat de bewezenverklaarde feiten de hierboven onder 5. vermelde strafbare feiten opleveren.
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 MAANDEN.
Bepaalt dat de tijd die verdachte vóór de tenuitvoerlegging van dit vonnis in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de thans opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voorzover die tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht.
Verklaart verbeurd:
- -
STK Telefoontoestel Kl:meerkl.
NOKIA Nokia
- -
Geld Nederlands
- 1.
stuk bankbiljet a 100.00 euro
- -
Geld Nederlands
- 7.
stuks bankbiljet a 50.00 euro
- -
Geld Nederlands
- 8.
stuk bankbiljet a 20 euro
- -
Geld Nederlands
- 3.
x bankbiljet a 10 euro
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
- -
1.00 STK Paspoort Kl: rood
NATIONAAL Japan
paspr.nr. TG1310375
- -
1.00 STK Paspoort Kl: rood
NATIONAAL Japan
TG0433069
- -
1.00 STK Paspoort Kl: rood
NATIONAAL Japan
TE8665430 tng van Yutaka Saito
10. Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Dit vonnis is gewezen door
mr. De Greeve, voorzitter,
mrs. Van Dijk en Steenmetser-Bakker, rechters,
in tegenwoordigheid van de griffiers mr. Van Steenoven en Venselaar,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 28 november 2005.