Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafvordering
Artikel 375 [Snelrechtprocedure. Uitnodiging van getuigen. Korte aanduiding van feit]
Geldend
Geldend vanaf 02-02-1998
- Redactionele toelichting
Deze wijziging heeft geen gevolgen voor strafzaken die voor de inwerkingtreding van deze wijziging bij wege van verkorte dagvaarding, oproeping of dagvaarding aanhangig zijn gemaakt.
- Bronpublicatie:
15-01-1998, Stb. 1998, 35 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: 24834)
- Inwerkingtreding
02-02-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-01-1998, Stb. 1998, 36 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
1.
Indien de verdachte overeenkomstig artikel 53 is aangehouden en aan de officier van justitie is voorgeleid, kan hij worden gedagvaard om voor de politierechter te verschijnen en nog diezelfde dag ter terechtzitting worden geleid. Artikel 279 en de termijn bedoeld in artikel 370 blijven in dit geval buiten toepassing.
2.
Na aanhouding van de verdachte ingevolge artikel 53 door een opsporingsambtenaar, kunnen door die ambtenaar mondeling getuigen worden uitgenodigd om te verschijnen voor de officier van justitie of de hulpofficier van justitie, aan wie de verdachte wordt voorgeleid.
3.
Indien de verdachte op de wijze bedoeld in het eerste lid is gedagvaard, kan de dagvaarding, in afwijking van artikel 261, eerste lid, bestaan in een korte aanduiding van het telastegelegde feit.