NJ 1938/959
Sr. art. 248 ter. Feitelijke omschrijving in de dagv. van den aard van het „overwicht". De feitelijke verhouding waaruit dat overwicht voortvloeide. Ten onrechte beroep op art. 1 Sr.
HR 14-02-1938, ECLI:NL:HR:1938:194
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 februari 1938
- Magistraten
Mrs. Visser, Taverne, de Menthon Bake, Servatius en van der Meulen
- Zaaknummer
[141938/NJ_1938_959]
- Conclusie
Mr. Wijnveldt
- JCDI
JCDI:ADS105909:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1938:194, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑02‑1938
- Wetingang
Essentie
Sr. art. 248 ter. Feitelijke omschrijving in de dagv. van den aard van het „overwicht". De feitelijke verhouding waaruit dat overwicht voortvloeide. Ten onrechte beroep op art. 1 Sr.
Samenvatting
De dagv. geeft voldoende feitelijke omschrijving van den aard van het overwicht, door tegenover elkaar te stellen het onschuldige zestienjarige meisje en den veel ouderen, bereisden en ontwikkelden huisvriend harer ouders, en drukt duidelijk uit, dat het misbruik, door req. van dat overwicht gemaakt, hierin bestond, dat hij het daardoor voor zijn toenadering ontvankelijke meisje tot ontucht heeft gebracht.
De feitelijke verhouding, als bij dagv. omschreven, kon ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.