V-N Vandaag 2019/2768
Uitstel voor IB-aangifte verlengt volgens A-G altijd navorderingstermijn
HR (A-G) 21-11-2019, ECLI:NL:PHR:2019:1207
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
21 november 2019
- Zaaknummer
19/01613
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:328, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1207, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑03‑2019
- Wetingang
Essentie
A-G IJzerman is van mening dat het verleende uitstel beslissend is en dat niet van belang is of pas om uitstel is verzocht na het indienen van de aangifte. Art. 16 lid 3 AWR eist namelijk alleen dat uitstel is verleend en niet meer dan dat.
Samenvatting
De heer X dient in maart 2011 via zijn adviseur de IB-aangifte over 2010 in. In april 2011 verzoekt een andere adviseur namens X toch om uitstel voor het indienen van de betreffende aangifte en dit uitstel wordt inderdaad verleend. Naar aanleiding van een strafzaak wegens betrokkenheid van X ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.