Einde inhoudsopgave
Paspoortuitvoeringsregeling Nederland 2001
Artikel 61a
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2021
- Bronpublicatie:
06-12-2020, Stcrt. 2020, 63416 (uitgifte: 11-12-2020, regelingnummer: 2020-0000691383)
- Inwerkingtreding
01-01-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2020, Stcrt. 2020, 63416 (uitgifte: 11-12-2020, regelingnummer: 2020-0000691383)
- Vakgebied(en)
Privacy / Bijzondere onderwerpen
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
Staatsrecht / Nationaliteitsrecht
Internationaal publiekrecht / Diplomatiek en consulair recht
1.
De Minister die het aangaat kan een reisdocument als vermist opgeven bij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, met het oog op de vermelding daarvan in het register vermiste of vervallen reisdocumenten, indien:
- a.
de houder van het reisdocument is opgenomen in het register paspoortsignaleringen op de grond van artikel 23 van de wet, en
- b.
de Minister die het aangaat het gegronde vermoeden heeft dat de houder de feitelijke beschikking over zijn reisdocument buiten het Koninkrijk heeft overgedragen aan een derde, anders dan door of ten behoeve van handelingen van een daartoe bevoegde autoriteit.
2.
De Minister die het aangaat geeft het reisdocument als vermist op met gebruikmaking van het daartoe door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beschikbaar gestelde formulier.