Einde inhoudsopgave
Regeling Ambtenarenrechtspraak 1951 [Curaçao]
Artikel 95
Geldend
Geldend vanaf 01-01-1953
- Redactionele toelichting
M.i.v. 10-10-2010 bestendigd als landsverordening van Curaçao ingevolge art. 1, lid 1, van de Algemene overgangsregeling wetgeving en bestuur Curaçao (04-09-2010, A.B. 87).
- Bronpublicatie:
04-09-1951, Publicatieblad Nederlandse Antillen 1951, 134 (uitgifte: 04-09-1951, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-1953
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-12-1952, Publicatieblad Nederlandse Antillen 1952, 177 (uitgifte: 27-12-1952, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Algemeen
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
Het bevoegd gezag dat tot strafoplegging wenst over te gaan, kan van zijn voornemen aan betrokkene kennis geven. De kennisgeving vermeldt de disciplinaire straf die het bevoegd gezag voornemens is op te leggen, benevens de gronden die het daarvoor meent te hebben.
2.
De betrokkene kan gedurende veertien dagen na ontvangst der kennisgeving een bezwaarschrift inzenden bij het gerecht in ambtenarenzaken.
3.
Het gerecht geeft van de inzending van het bezwaarschrift binnen drie dagen na ontvangst aan het bevoegd gezag kennis. De zaak wordt verder als een gewoon bezwaar behandeld en het gerecht neemt in de plaats van het bevoegd gezag de beslissing, die naar zijn oordeel genomen behoort te worden.
4.
Indien de betrokkene niet tijdig een bezwaarschrift inzendt, legt het bevoegd gezag de in de kennisgeving vermelde straf op. Bezwaar en beroep ingevolge deze landsverordening zijn dan uitgesloten.