Gemeentewet
Einde inhoudsopgave
Gemeentewet:Artikel 251 [Betalings- en overheidsvordering]
Gemeentewet
Artikel 251 [Betalings- en overheidsvordering]
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 01-01-2023
- Redactionele toelichting
De wijziging betreffende de tekst 'elfde lid' en 'Onze Minister van Financiën' werkt terug t/m 01-07-2021.
- Bronpublicatie:
21-12-2022, Stb. 2022, 530 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 36107)
- Inwerkingtreding
01-01-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-12-2022, Stb. 2022, 530 (uitgifte: 27-12-2022, kamerstukken: 36107)
- Vakgebied(en)
Invordering / Algemeen
Belastingen van lagere overheden / Gemeentelijke belastingen
Invordering / Dwanginvordering
Staatsrecht / Decentralisatie
Met betrekking tot het doen van een vordering als bedoeld in artikel 19, eerste en vierde lid, van de Invorderingswet 1990 zijn de krachtens het elfde lid van dat artikel door Onze Minister van Financiën gestelde regels van overeenkomstige toepassing.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.