Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Denemarken tot het vermijden van dubbele belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en het voorkomen van het ontduiken en ontwijken van belasting
Artikel 32 Uitbreiding tot andere gebieden
Geldend
Geldend vanaf 31-12-2018
- Redactionele toelichting
Wanneer een natuurlijke persoon die inwoner is van een van de Staten vóór de datum waarop dit wijzigingsprotocol wordt getekend een pensioen, andere soortgelijke beloning of een lijfrente afkomstig uit de andere Staat ontvangt en na die datum dit pensioen, die andere soortgelijke beloning of deze lijfrente blijft ontvangen en inwoner blijft van die Staat, blijven de bepalingen van artikel 18 van het Verdrag zoals van kracht voor de inwerkingtreding van dit wijzigingsprotocol met betrekking tot dit pensioen, die andere soortgelijke beloning of deze lijfrente van toepassing.
- Bronpublicatie:
09-05-2018, Trb. 2018, 161 (uitgifte: 06-09-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
31-12-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-2018, Trb. 2018, 207 (uitgifte: 04-12-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht (V)
Internationaal belastingrecht / Voorkoming van dubbele belasting
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
1.
Dit Verdrag kan, hetzij in zijn geheel, hetzij met de noodzakelijke wijzigingen, worden uitgebreid tot Aruba, Curaçao, Sint Maarten of het Caribische deel van Nederland (de eilandgebieden Bonaire, Sint Eustatius en Saba), of tot de Faeröereilanden en Groenland, indien het betrokken land of gebied belastingen heft die in wezen gelijksoortig zijn aan de belastingen waarop het Verdrag van toepassing is. Zulk een uitbreiding wordt van kracht met ingang van een datum en met inachtneming van wijzigingen en voorwaarden, waaronder begrepen voorwaarden ten aanzien van de beëindiging, nader vast te stellen en overeen te komen bij diplomatieke notawisseling.
2.
Tenzij anders overeengekomen, brengt de beëindiging van het verdrag niet met zich mede, dat tevens de uitbreiding van het Verdrag tot enig land of gebied waartoe het ingevolge dit artikel is uitgebreid, wordt beëindigd.