Inhoudsopgave
NTBR 2019/11:Verjaring van schadevergoedingsvorderingen bij voortdurende onrechtmatige daden
NTBR 2019/11
Verjaring van schadevergoedingsvorderingen bij voortdurende onrechtmatige daden
Documentgegevens:
D.F.H. Stein, datum 15-04-2019
- Datum
15-04-2019
- Auteur
D.F.H. Stein1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS47852:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Wetingang
art. 6:174 BW; art. 3:310 lid 1 BW; art. 3:306 BW
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Het komt geregeld voor dat een onrechtmatige daad zich over een langere tijdsperiode uitstrekt. In dit artikel wordt betoogd dat de objectieve verjaringstermijn in dergelijke gevallen pas een aanvang neemt indien ‘de gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt’ een einde heeft genomen. Daarvoor wordt aansluiting gezocht bij het recente arrest van de Hoge Raad inzake Parkeergarage Zandvoort (HR 22 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:412), waarin het ging om risicoaansprakelijkheid voor gebrekkige opstallen (art. 6:174 BW).
1. Inleiding
De regels over verjaring van schadevergoedingsvorderingen wegens onrechtmatige daad maken dat de schuldeiser zijn vordering na enig tijdsverloop ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.