Einde inhoudsopgave
Mediawet 2008
Artikel 2.88 [Bepaling media-aanbod]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Redactionele toelichting
In het Staatsblad is nogmaals een lid 5 ingevoegd.
- Bronpublicatie:
09-12-2020, Stb. 2020, 517 (uitgifte: 17-12-2020, kamerstukken: 35554)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-2020, Stb. 2020, 527 (uitgifte: 17-12-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Media
Informatierecht / Reclame
1.
De publieke media-instellingen bepalen, onverminderd het bepaalde bij of krachtens deze wet, vorm en inhoud van het door hen verzorgde media-aanbod en zijn daar verantwoordelijk voor.
2.
De publieke media-instellingen brengen in overeenstemming met hun werknemers die zijn belast met de verzorging en samenstelling van het media-aanbod een redactiestatuut tot stand.
3.
Het redactiestatuut bevat de journalistieke rechten en plichten van de werknemers, waaronder in elk geval:
- a.
waarborgen dat normen inzake journalistieke deontologie en kwaliteit worden gehanteerd; en
- b.
waarborgen voor redactionele onafhankelijkheid ten opzichte van adverteerders, sponsors en anderen die bijdragen hebben verstrekt voor de totstandkoming van media-aanbod.
4.
De NTR en omroeporganisaties, waaraan omroepverenigingen die een voorlopige erkenning als bedoeld in artikel 2.23, tweede lid, hebben verkregen, de verzorging van hun media-aanbod hebben opgedragen, dragen ervoor zorg dat de verantwoordelijkheid van die omroepverenigingen in de samenwerking is gewaarborgd.
5.
Een publieke media-instelling neemt passende maatregelen om te voorkomen dat het aanbod van haar mediadiensten aanzet tot geweld of haat jegens een groep personen of een lid van een groep, op een van de gronden genoemd in artikel 21 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, of uitlokt tot het plegen van een terroristisch misdrijf.
5.
De publieke media-instellingen nemen in hun jaarverslag een reflectie op over de wijze waarop de journalistieke deontologie in acht is genomen en hoe het eigen redactiestatuut is gerespecteerd.