V-N 2020/7.12
Hoge Raad beantwoordt enkele vragen over recht op teruggaaf dividendbelasting door buitenlands beleggingsfonds
HR 24-01-2020, ECLI:NL:HR:2020:115, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 januari 2020
- Magistraten
Overgaauw, Van Loon, Fierstra, Van Kalmthout, Van Hilten
- Zaaknummer
19/03341
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS183199:1
- Vakgebied(en)
Europees belastingrecht / Fiscale staatssteun
Vennootschapsbelasting / Belastingplichtige
Dividendbelasting / Heffingswijze
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:2097, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑12‑2020
ECLI:NL:HR:2020:115, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑01‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:782, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 26‑09‑2019
- Wetingang
Essentie
De Hoge Raad beantwoordt een aantal vragen van Hof 's-Hertogenbosch. Zo kunnen alleen fondsen voor de gemeenschappelijke belegging of andere aanwending van vermogen fondsen voor gemene rekening zijn.
Samenvatting
A-Fonds is een naar Duits recht opgericht beleggingsfonds (Spezial-Sondervermögen) en heeft geen rechtspersoonlijkheid. A-Fonds is vrijgesteld van Duitse winstbelasting. Sparkasse B, een Duitse publiekrechtelijke bank, houdt alle bewijzen van deelgerechtigdheid in A-Fonds. A-Fonds ontvangt portfoliodividenden uit Nederland en verzoekt om teruggaaf van de ingehouden Nederlandse dividendbelasting. In geschil is of op basis van het vrije kapitaalverkeer van art. 63 VWEU recht bestaat op teruggaaf en, zo ja, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.