NJ 2020/127
Beperkt anonieme getuigen.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 april 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
16/00553
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Noot
Red. Aant.
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS195731:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:722, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑04‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑04‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:298, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑01‑2017
- Wetingang
Essentie
Beperkt anonieme getuigen.
'Personen wier identiteit niet blijkt' in art. 344a lid 3 Sv omvat niet personen die zodanig kunnen worden geïndividualiseerd dat de verdediging hun verhoor als getuige kan verzoeken. Indien zij bij de R-C cfm. art. 190 lid 3 Sv zijn gehoord, moet bij het gebruik van hun verklaringen voor het bewijs uit de motivering cfm. art. 360 lid 1 Sv blijken wat de reden is voor de beperkte anonimiteit en dat de beperkte anonimiteit geen afbreuk heeft gedaan aan het ondervragingsrecht van de verdediging.
Samenvatting
De term 'personen ...