Einde inhoudsopgave
Wet op de ondernemingsraden
Artikel 17 [Voorzieningen; doorbetaling loon]
Geldend
Geldend vanaf 04-03-1998
- Redactionele toelichting
De publicatiedatum van deze wijziging is gecorrigeerd via een verbeterblad.
- Bronpublicatie:
19-02-1998, Stb. 1998, 107 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: 24615)
14-02-1998, Stb. 1998, 107 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: 24615)
- Inwerkingtreding
04-03-1998
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-02-1998, Stb. 1998, 107 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: 24615)
14-02-1998, Stb. 1998, 107 (uitgifte: 01-01-1998, kamerstukken: 24615)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Medezeggenschapsrecht
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
De ondernemer is verplicht de ondernemingsraad, de commissies van die raad, en, indien de ondernemer aan de ondernemingsraad een secretaris heeft toegevoegd, de secretaris van die raad het gebruik toe te staan van de voorzieningen waarover hij als zodanig kan beschikken en die de ondernemingsraad, de commissies en de secretaris van die raad voor de vervulling van hun taak redelijkerwijze nodig hebben. De ondernemer stelt de ondernemingsraad en de commissies van die raad in staat de in de onderneming werkzame personen te raadplegen en stelt deze personen in de gelegenheid hieraan hun medewerking te verlenen, een en ander voor zover dat redelijkerwijs noodzakelijk is voor de vervulling van de taak van de raad en de commissies.
2.
De ondernemingsraad en de commissies van die raad vergaderen zoveel mogelijk tijdens de normale arbeidstijd.
3.
De leden van de ondernemingsraad en de leden van de commissies van die raad behouden voor de tijd gedurende welke zij ten gevolge van het bijwonen van een vergadering van de ondernemingsraad of van een commissie van die raad niet de bedongen arbeid hebben verricht, hun aanspraak op loon dan wel bezoldiging.