NJ 1961/416
Beroep op afwezigheid van alle schuld door verd., die juridisch advies heeft opgevolgd. Mocht verd. in redelijkheid of de deugdelijkheid van het advies vertrouwen?
HR 13-12-1960, ECLI:NL:HR:1960:161, m.nt. Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 december 1960
- Magistraten
Mrs. Feber, Westerouen van Meeteren [Rapp.], Kazemier, Dubbink, Loeff
- Zaaknummer
[13121960/NJ_1961-416]
- Conclusie
Mr. Van Oosten
- Noot
Prof. Mr. W.P.J. Pompe
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS138898:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1960:161, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑12‑1960
- Wetingang
(Sr art. 37-44; Sv art. 358.)
Essentie
Beroep op afwezigheid van alle schuld door verd., die juridisch advies heeft opgevolgd. Mocht verd. in redelijkheid of de deugdelijkheid van het advies vertrouwen?
Samenvatting
De omstandigheid, dat de verd. een door hem ingewonnen — naar 's rechters oordeel onjuist — juridisch advies heeft opgevolgd, wettigt op zich zelve niet de gevolgtrekking, dat een beroep op afwezigheid van alle schuld dien verd. niet kan baten, vermits hijzelf de verantwoordelijkheid zou dragen voor het opvolgen van een bepaald advies. De beantwoording van de vraag, of den verd. beroep op zodanigen strafuitsluitingsgrond te stade kan komen, is toch mede afhankelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.