NJ 1929, p. 1453
Vaststellen v. h. proces-verbaal der zitting. Vonnis in hooger beroep geheel bevestigd, niettegenstaande de voorloopige hechtenis in mindering werd gebracht.
HR 24-06-1929, ECLI:NL:HR:1929:245
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 juni 1929
- Magistraten
Mrs. Jhr. de Savornin Lohman, Jhr. Feith, Taverne, Van Dijck, Kranenburg.
- Zaaknummer
[24061929/NJ_1929,_p._1453]
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS151198:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1929:245, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑06‑1929
- Wetingang
Essentie
Vaststellen v. h. proces-verbaal der zitting. Vonnis in hooger beroep geheel bevestigd, niettegenstaande de voorloopige hechtenis in mindering werd gebracht.
Samenvatting
Al ontbreekt in het proces-verbaal de uitdrukkelijke vermelding, dat het door den voorzitter en den griffier is vastgesteld en onderteekend, uit de vermelding wie op de zitting waren gezeten en. het voorkomen van de handteekeningen van twee dier personen onder het stuk, mag worden afgeleid, dat die handteekeningen door den voorzitter en den griffier zijn gesteld. Wel bevat het proces-verbaal de mededeeling, dat, nadat de voorzitter het onderzoek gesloten had verklaard, de Rb. in raadkamer vergaderd tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.