AV&S 2014/24
Samenloop van WAM-verzekeringsdekking: het onderling regres in het licht van de WAM en van de hoofdelijke aansprakelijkheid
HR 11-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1678, m.nt. Mr. A. van Duijn-Koopman (Goudse/Aegon)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 juli 2014
- Zaaknummer
13/02598
- Noot
Mr. A. van Duijn-Koopman
- Roepnaam
Goudse/Aegon
- JCDI
JCDI:ADS919537:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verzekeringsrecht (V)
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1678, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:373, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑05‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑05‑2013
- Wetingang
(Artikelingang: art. 7:961 lid 3 BW, art. 6 WAM, art. 6:102 BW)
Essentie
Samenloop van WAM-verzekeringsdekking: het onderling regres in het licht van de WAM en van de hoofdelijke aansprakelijkheid
Samenvatting
HR 11 juli 2014, ECLI:NL:HR:2014:1678 (De Goudse2./Aegon)
Uitspraak
1. Inleiding en feiten
Op 11 juli 2014 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen over het regres van Aegon op De Goudse ex art. 7:961 lid 3 BW: de samenloop van verzekeringsdekking. Omdat sprake was van meervoudige WAM-verzekering zijn daarbij de bijzondere positie van de benadeelden en de invloed daarvan op de dekkingsverweren die de WAM-verzekeraars jegens de verzekerde hadden kunnen voeren, aan bod gekomen. Een derde bijzonderheid, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.