RvdW 2014/937
Falende bewijsklacht pleegperiode.
HR 01-07-2014, ECLI:NL:HR:2014:1595
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
1 juli 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, H.A.G. Splinter-van Kan
- Zaaknummer
13/06131
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:1595, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 01‑07‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:657, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑05‑2014
Essentie
Falende bewijsklacht pleegperiode.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Den Haag van 19 februari 2013, nummer 22/004816-11, in de strafzaak tegen: [Verdachte]. Adv. mr. B. Kizilocak, te Rotterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. T.N.B.M. Spronken:
1.
Verdachte is bij arrest van 19 februari 2013 door het gerechtshof Den Haag wegens 1. met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd, 2. een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.