Einde inhoudsopgave
Wet waardering onroerende zaken
Artikel 16 [Belastingobject]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2005
- Redactionele toelichting
De op de voet van deze wet vastgestelde waarde voor het tijdvak dat aanvangt op 01-01-2005 geldt, indien bij het begin van het kalenderjaar 2007 of 2008 art. IV van de Wet van 09-12-2004, Stb. 656 niet in werking is getreden, ook voor het kalenderjaar 2007 respectievelijk 2008.
- Bronpublicatie:
09-12-2004, Stb. 2004, 656 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken: 29612)
- Inwerkingtreding
01-01-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-12-2004, Stb. 2004, 656 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken: 29612)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Vakgebied(en)
Waardering onroerende zaken (V)
Voor de toepassing van de wet wordt als één onroerende zaak aangemerkt:
- a.
een gebouwd eigendom;
- b.
een ongebouwd eigendom;
- c.
een gedeelte van een in onderdeel a of onderdeel b bedoeld eigendom dat blijkens zijn indeling is bestemd om als een afzonderlijk geheel te worden gebruikt;
- d.
een samenstel van twee of meer van de in onderdeel a of onderdeel b bedoelde eigendommen of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan die bij dezelfde belastingplichtige in gebruik zijn en die, naar de omstandigheden beoordeeld, bij elkaar behoren;
- e.
een geheel van twee of meer van de in onderdeel a of onderdeel b bedoelde eigendommen, of in onderdeel c bedoelde gedeelten daarvan, of in onderdeel d bedoelde samenstellen, dat naar de omstandigheden beoordeeld één terrein vormt bestemd voor verblijfsrecreatie en dat als zodanig wordt geëxploiteerd;
- f.
het binnen de gemeente gelegen deel van een in onderdeel a of onderdeel b bedoeld eigendom, van een in onderdeel c bedoeld gedeelte daarvan, van een in onderdeel d bedoeld samenstel of van een in onderdeel e bedoeld geheel.