NJ 1950/387
Onderlinge bedrijfsschadeverzekering tegen vaste premie en halfjaarlijks vast te stellen naheffing. Verschuldigdheid der naheffing, als in den loop van het halfjaar het gevaar, na te hebben bestaan, een einde neemt.
HR 17-02-1950, ECLI:NL:HR:1950:316, m.nt. Prof. Mr. Ph.A.N. Houwing
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 februari 1950
- Magistraten
Mrs Donner, van der Meulen, Hijink, Losecaat Vermeer en de Jong
- Zaaknummer
[171950/NJ_1950-387]
- Conclusie
Mr. Berger
- Noot
Prof. Mr. Ph.A.N. Houwing
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS133899:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1950:316, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑02‑1950
- Wetingang
(WvK art. 281.)
Essentie
Onderlinge bedrijfsschadeverzekering tegen vaste premie en halfjaarlijks vast te stellen naheffing. Verschuldigdheid der naheffing, als in den loop van het halfjaar het gevaar, na te hebben bestaan, een einde neemt.
Samenvatting
De stelling dat alsdan de verzekeraar ingevolge art. 281 K. slechts over het gedeelte van het halfjaar gedurende hetwelk het gevaar bestond, op vaste premie en naheffing recht heeft, is onjuist.
Genoemd art. moet in dien zin worden verstaan, dat de verzekeraar alleen dan tot teruggave van een deel der reeds betaalde premie gehouden is en dus ook — voor het geval de premie nog niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.