Einde inhoudsopgave
Besluit gefluoreerde broeikasgassen en ozonlaagafbrekende stoffen
Artikel 8
Geldend
Geldend vanaf 01-12-2015
- Bronpublicatie:
30-09-2015, Stb. 2015, 356 (uitgifte: 15-10-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-12-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2015, Stb. 2015, 356 (uitgifte: 15-10-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Lucht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Bijzonder strafrecht / Milieustrafrecht
1.
Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 4, 5, eerste en tweede lid, in verbinding met het derde lid, en 6 van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen. Het verbod, bedoeld in de eerste volzin, is niet van toepassing in de gevallen en onder de voorwaarden, genoemd in artikel 5, derde lid, of de artikelen 7 tot en met 14 van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
2.
Het is verboden te handelen in strijd met artikel 15, eerste lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen. Het verbod, bedoeld in de eerste volzin, is niet van toepassing in de gevallen en onder de voorwaarden, genoemd in artikel 15, tweede en derde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
3.
Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 16, 18, tweede tot en met vierde lid, 22, eerste, tweede en vierde lid, 23, eerste tot en met derde lid, vijfde en zesde lid, en 27, eerste tot en met zevende en negende lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
4.
Het is verboden te handelen in strijd met artikel 17, eerste lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen. Het verbod, bedoeld in de eerste volzin, is niet van toepassing in de gevallen en onder de voorwaarden, genoemd in artikel 17, tweede tot en met vierde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
5.
Het is verboden te handelen in strijd met artikel 20, eerste en vierde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen. Het verbod, bedoeld in de eerste volzin, is niet van toepassing in de gevallen en onder de voorwaarden, genoemd in artikel 20, tweede en derde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
6.
Het is verboden te handelen in strijd met artikel 24, eerste lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen, tenzij vrijstelling als bedoeld in het tweede lid van dat artikel is verleend.
7.
Het is verboden te handelen in strijd met een voorschrift dat is verbonden aan een vergunning als bedoeld in de artikelen 10, zesde lid, 15, derde lid, en 17, vierde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen.
8.
Het is verboden te handelen in strijd met de toestemming verleend krachtens de artikelen 13, eerste lid, tweede volzin, en 14, tweede tot en met vierde lid, van de Verordening ozonlaagafbrekende stoffen of met de goedkeuring verleend krachtens artikel 12, eerste lid, tweede volzin, van die verordening.
9.
Het is verboden om chloorfluorkoolstoffen- of chloorfluorkoolwaterstoffenhoudende koel- en vriesapparatuur voor handelsdoeleinden voorhanden te hebben die afkomstig is van particuliere huishoudens of van anderen dan particuliere huishoudens voor zover deze apparatuur naar aard en hoeveelheid vergelijkbaar is met die van particuliere huishoudens.