NJ 1936/2
Art. 28 jis artt. 21 en 63 Armenwet. Verhaal door burgerlijke overheid ter zake van de kosten van eene spoed-operatie van een behoeftige, zonder dat eerst een verzoek aan de onderhoudsplichtigen was gedaan.
HR 28-06-1935, ECLI:NL:HR:1935:235, m.nt. Prof. Mr. Paul Scholten
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 juni 1935
- Magistraten
Mrs. Visser, van den Dries, van Gelein Vitringa, Polak, Servatius
- Zaaknummer
[28061935/NJ_1936-2]
- Conclusie
Mr. Besier
- Noot
Prof. Mr. Paul Scholten
- JCDI
JCDI:ADS162545:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1935:235, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑06‑1935
- Wetingang
(Armenwet 1912 art. 28, 63.)
Essentie
Art. 28 jis artt. 21 en 63 Armenwet. Verhaal door burgerlijke overheid ter zake van de kosten van eene spoed-operatie van een behoeftige, zonder dat eerst een verzoek aan de onderhoudsplichtigen was gedaan.
Samenvatting
Uit de bepaling van art. 21 blijkt, dat de wetgever eene onbeperkte toepassing van art. 28 niet heeft gewild. Een redelijke toepassing van beide genoemde wetsbepalingen in onderling verband brengt dan ook mede, dat ook door de (in art. 21 niet genoemde) burgerlijke overheid, zonder voorafgaand verzoek aan de onderhoudsplichtigen, reeds aanstonds ondersteuning kan worden verleend, indien deze — gelijk hier, volgens de beslissing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.