Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel 636 [Beslag door hulpverlener]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2017
- Bronpublicatie:
22-06-2016, Stb. 2016, 255 (uitgifte: 07-07-2016, kamerstukken: 34447)
- Inwerkingtreding
01-01-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-11-2016, Stb. 2016, 433 (uitgifte: 25-11-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
1.
Een hulpverlener kan terzake van het hem uit hoofde van hulpverlening verschuldigde conservatoir beslag leggen op zaken, waaraan hulp is verleend doch die niet meer aan boord van het schip zijn, zolang niet een derde te goeder trouw en anders dan om niet daarop enig recht heeft verkregen.
2.
De in dit artikel bedoelde beslagen kunnen niet worden gelegd op zaken die zich onder beheer van de strandvonder bevinden.
3.
Tenzij het een schip betreft dat niet onder artikel 573 valt, wordt het beslag gelegd met toepassing van de regels betreffende conservatoir beslag op roerende zaken in handen van de schuldenaar, met dien verstande dat het verlof voor het leggen van conservatoir beslag mede kan worden verleend door de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam. De artikelen 711, eerste lid, 461d en 708, tweede lid, zijn op dit beslag niet van toepassing.