NJB 2020/1145:Aanbesteding. Een samenwerkingsverband van gemeenten organiseert een aanbesteding betreffende de inkoop van ggz-diensten. Een inschrijver aan wie de opdracht niet is gegund, spant een kort geding aan. Hoge Raad: 1. Motivering. In het kader van deze aanbesteding was voor alle inschrijvers – als behoorlijk geïnformeerde en normaal oplettende inschrijvers – onmiskenbaar dat alleen specialistische-ggz die is verleend op basis van een contractuele relatie als omschreven in de aanbestedingsstukken, in aanmerking zou worden genomen. Zonder nadere motivering is niet begrijpelijk waarom specialistische-ggz die niet op die basis is verleend, toch in aanmerking mag worden genomen. 2. Hoor en wederhoor. Productie. De gedingstukken laten geen andere conclusie toe dan dat eiseres noch in eerste aanleg, noch bij memorie van grieven toelichting heeft gegeven op de relevantie van de productie, terwijl die zonder toelichting niet duidelijk is. Het hof had hetzij de productie buiten beschouwing moeten laten, hetzij gedaagde in de gelegenheid moeten stellen zich nader uit te laten