NJB 2017/1402
Failissement. Wederkerige overeenkomst. Gestanddoening door de curator. Na een faillissement verklaart de curator zich bereid de overeenkomst met een wederpartij gestand te doen en stelt hij zekerheid voor de nakoming. De wederpartij acht de gestelde zekerheid onvoldoende. Hoge Raad: De klacht dat het hof een te beperkte uitleg heeft gegeven aan art. 37 lid 2 Fw, faalt bij gebrek aan belang. De klacht dat het hof een te beperkte uitleg heeft gegeven aan de gedingstukken, faalt eveneens
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 juni 2017
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, G. Snijders, M.V. Polak, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
16/01720
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:1105, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑06‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:231, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑03‑2017
- Wetingang
(art. 37 lid 1 en 2 Fw)
Essentie
Failissement. Wederkerige overeenkomst. Gestanddoening door de curator. Na een faillissement verklaart de curator zich bereid de overeenkomst met een wederpartij gestand te doen en stelt hij zekerheid voor de nakoming. De wederpartij acht de gestelde zekerheid onvoldoende. Hoge Raad: De klacht dat het hof een te beperkte uitleg heeft gegeven aan art. 37 lid 2 Fw, faalt bij gebrek aan belang. De klacht dat het hof een te beperkte uitleg heeft gegeven aan de gedingstukken, faalt eveneens
Partij(en)
Molenparc, adv. mr. H.J.W. Alt, vs. mr. H.E.C. Savelkoul q.q., curator in het faillissement van NBO, adv. mr. J. de ...