BNB 2021/47
Onderzoeksplicht rechter inzake op de zaak betrekking hebbende stukken
HR 23-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1670, m.nt. G.J.M.E. de Bont
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. Van Hilten, Punt, Van Loon, Van Kalmthout, Faase
- Zaaknummer
19/04499
- Noot
G.J.M.E. de Bont
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS255009:1
- Vakgebied(en)
Invordering / Aansprakelijkheid
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑10‑2020
ECLI:NL:HR:2020:1670, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑10‑2020
- Wetingang
Art. 8:42 Awb
Essentie
Onderzoeksplicht rechter inzake op de zaak betrekking hebbende stukken
Samenvatting
Belanghebbende heeft in cassatie erover geklaagd dat het Hof heeft nagelaten erop toe te zien dat de Ontvanger alle op de zaak betrekking hebbende stukken overlegde.
HR: De rechter dient aan de hand van het procesdossier na te gaan of het bestuursorgaan alle op de zaak betrekking hebbende stukken heeft overgelegd en, zo dit niet het geval is, het bestuursorgaan op te dragen het verzuim te herstellen. Heeft de rechter dit nagelaten dan kan daarover in cassatie worden geklaagd, ook als niet eerder bij de rechter is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.