Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 7
Artikel 517 [Wijziging van raamovereenkomst]
Geldend
Geldend vanaf 19-02-2019
- Bronpublicatie:
05-12-2018, Stb. 2018, 503 (uitgifte: 27-12-2018, kamerstukken: 34813)
- Inwerkingtreding
19-02-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-02-2019, Stb. 2019, 60 (uitgifte: 18-02-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
1.
Elke wijziging in de raamovereenkomst en in de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 4:22 van de Wet op het financieel toezicht, vermelde informatie en voorwaarden wordt uiterlijk twee maanden vóór de datum van de beoogde inwerkingtreding ervan door de betaaldienstverlener op papier of op een andere duurzame drager voorgesteld in gemakkelijk te begrijpen bewoordingen en in een duidelijke en bevattelijke vorm in een officiële taal van de lidstaat waar de betaaldienst wordt aangeboden of in een andere taal die door partijen is overeengekomen. De betaaldienstgebruiker kan de wijzigingen vóór de beoogde datum van inwerkingtreding aanvaarden of verwerpen.
2.
Voor zover een bevoegdheid als hierna onder a bedoeld overeenkomstig het bij of krachtens voormelde algemene maatregel van bestuur bepaalde is overeengekomen;
- a.
stelt de betaaldienstverlener de betaaldienstgebruiker ervan in kennis dat hij wordt geacht de wijzigingen, bedoeld in het eerste lid, te hebben aanvaard, indien hij de betaaldienstverlener niet vóór de voorgestelde datum van inwerkingtreding van die wijzigingen ervan in kennis heeft gesteld dat hij de wijzigingen niet aanvaardt, en
- b.
stelt de betaaldienstverlener de betaaldienstgebruiker er ook van in kennis dat wanneer de betaaldienstgebruiker deze wijzigingen verwerpt, de betaaldienstgebruiker het recht heeft de raamovereenkomst kosteloos en met ingang van elk moment tot de datum waarop de wijziging zou ingaan, te beëindigen.
3.
Wijzigingen in de rentevoet of de wisselkoers kunnen met onmiddellijke ingang zonder kennisgeving worden toegepast, mits het recht daartoe in de raamovereenkomst is overeengekomen en de wijzigingen gebaseerd zijn op de referentierentevoet of referentiewisselkoers die is overeengekomen overeenkomstig het bij of krachtens voormelde algemene maatregel van bestuur bepaalde.
4.
De betaaldienstgebruiker wordt zo spoedig mogelijk van elke wijziging in de rentevoet die in zijn nadeel uitvalt, in kennis gesteld op de wijze als bij of krachtens de voormelde algemene maatregel van bestuur is bepaald, tenzij door de partijen is overeengekomen dat de informatie met een specifieke frequentie of op een specifieke wijze moet worden verstrekt of ter beschikking moet worden gesteld. Wijzigingen in de rentevoet of de wisselkoers die ten gunste van de betaaldienstgebruiker uitvallen, kunnen zonder kennisgeving worden toegepast.
5.
Wijzigingen in de bij betalingstransacties gebruikte rentevoet of wisselkoers worden berekend en uitgevoerd op een neutrale wijze die de betaaldienstgebruiker niet discrimineert.