Regeling geluidemissie buitenmaterieel
Artikel 13
Geldend
Geldend vanaf 15-04-2006. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 03-01-2006
- Bronpublicatie:
03-04-2006, Stcrt. 2006, 74 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: LMV200651319)
- Inwerkingtreding
15-04-2006, terugwerkend tot: 03-01-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-04-2006, Stcrt. 2006, 74 (uitgifte: 01-01-2006, regelingnummer: LMV200651319)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Algemeen
Milieurecht / Geluid en trillingen
Omgevingsrecht / Milieu
1.
Het is verboden materieel voor gebruik buitenshuis, als bedoeld in artikel 13 van richtlijn 2000/14, in de handel te brengen of te gebruiken:
- a.
waarvoor de overeenstemmingsbeoordelingsprocedure van bijlage V van die richtlijn niet is voltooid,
- b.
dat niet door de fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde is voorzien van de CE-markering, of
- c.
dat niet vergezeld gaat van de EG-verklaring van overeenstemming.
2.
Het in het eerste lid vervatte verbod geldt niet voor materieel voor gebruik buitenshuis dat wordt tentoongesteld op evenementen als beurzen, tentoonstellingen of demonstraties, indien:
- a.
duidelijk wordt aangegeven dat het materieel voor gebruik buitenshuis niet in overeenstemming is met de bepalingen van deze regeling,
- b.
het materieel voor gebruik buitenshuis niet in de handel wordt gebracht of in gebruik wordt genomen totdat het door de fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde in overeenstemming is gebracht met de bepalingen van deze regeling, en
- c.
bij demonstraties alle passende veiligheidsmaatregelen worden genomen om de bescherming van personen te waarborgen.
3.
De fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde geeft de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de lidstaten, op een met redenen omkleed verzoek, inzicht in alle bij de overeenstemmingsbeoordeling van een bepaald materieeltype, als bedoeld in het eerste lid, gebruikte informatie en in het bijzonder de technische documentatie, bedoeld in bijlage V, punt 3, van richtlijn 2000/14.
4.
De fabrikant of zijn in de Gemeenschap gevestigde gemachtigde bewaart gedurende tien jaar na het tijdstip waarop het materieel voor het laatst geproduceerd werd een exemplaar van de EG-verklaring van overeenstemming tezamen met de technische informatie overeenkomstig bijlage V, punt 3, van richtlijn 2000/14.