RvdW 2024/105
Aansprakelijkheidsrecht. Schade door bouwwerkzaamheden aan naburig pand; inbreuk op recht?; aanmerkelijk risico op schade, ook bij zorgvuldige voorbereiding en uitvoering werkzaamheden.
HR 12-01-2024, ECLI:NL:HR:2024:17
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
12 januari 2024
- Magistraten
Mrs. F.J.P. Lock, A.E.B. ter Heide, S.J. Schaafsma, F.R. Salomons, K. Teuben
- Zaaknummer
22/01886
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bouwrecht / Bouwen
Bouwrecht / Aansprakelijkheidsrecht bouw
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2024:17, Uitspraak, Hoge Raad, 12‑01‑2024
ECLI:NL:PHR:2023:378, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 31‑03‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑07‑2022
- Wetingang
Art. 6:162 BW
Essentie
Aansprakelijkheidsrecht. Schade door bouwwerkzaamheden aan naburig pand; inbreuk op recht?; aanmerkelijk risico op schade, ook bij zorgvuldige voorbereiding en uitvoering werkzaamheden.
Samenvatting
Uit de wetsgeschiedenis van art. 6:162 BW blijkt dat van een inbreuk op een recht als bedoeld in art. 6:162 lid 2 BW niet reeds sprake is op grond van de enkele omstandigheid dat een gedraging letsel of zaaksbeschadiging als voorzienbaar gevolg heeft; een zodanige gedraging is in het algemeen alleen onrechtmatig als zij in strijd was met een norm van geschreven of ongeschreven recht die ertoe strekt letsel of zaaksbeschadiging te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.