AB 2014/309
Maatschappelijke opvang, dakloze niet-uitzetbare vreemdeling, precisering jurisprudentie naar aanleiding uitspraken vreemdelingenrechter.
CRvB 04-06-2014, ECLI:NL:CRVB:2014:1995, m.nt. I. Sewandono
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
4 juni 2014
- Magistraten
Mrs. H.J. de Mooij, T.L. de Vries, R.M. van Male
- Zaaknummer
11-6669 WMO
- Noot
I. Sewandono
- JCDI
JCDI:ADS918786:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2014:1995, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 04‑06‑2014
- Wetingang
Art. 8 EVRM; art. 10 lid 2 Vw 2000; art. 3 Rva 2005
Essentie
Maatschappelijke opvang, dakloze niet-uitzetbare vreemdeling, precisering jurisprudentie naar aanleiding uitspraken vreemdelingenrechter.
Samenvatting
De uitspraken van de ABRvS roepen de vraag op in welke situaties nog ruimte is voor maatschappelijke opvang van niet rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen op grond van de Wmo. Ingevolge art. 2 van de Wmo bestaat geen aanspraak op maatschappelijke ondersteuning voor zover met betrekking tot de problematiek die in het gegeven geval aanleiding geeft voor de noodzaak tot ondersteuning, een voorziening op grond van een andere wettelijke bepaling bestaat. Indien het verzoek tot maatschappelijke opvang van de vreemdeling uitsluitend is gebaseerd op zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.