BA 2019/234
Twee ondeelbare lasten onder dwangsom zijn gebaseerd op hetzelfde feitencomplex, ABRvS is bevoegd in eerste en enige aanleg; overtreding en overtrederschap
ABRvS 26-06-2019, ECLI:NL:RVS:2019:2005
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
26 juni 2019
- Zaaknummer
201806227/1/A1, 201806228/1/A1, 201806230/1/A1 en 201806231/1/A1
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Handhaving algemeen
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2019:2005, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 26‑06‑2019
- Wetingang
Art. 5:1 lid 2 en 3, 5:32 en 5:37 lid 1 Algemene wet bestuursrecht (Awb); art. 2 bijlage 2 Algemene wet bestuursrecht (Awb); art. 51 lid 2 en 3 Wetboek van Strafrecht; art. 2.1 lid 1 onder c Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo); art. 6 en 13 Wet bodembescherming; art. 1.1 lid 1 en 10.1 lid 1 Wet milieubeheer
Essentie
Twee ondeelbare lasten onder dwangsom zijn gebaseerd op hetzelfde feitencomplex, ABRvS is bevoegd in eerste en enige aanleg; overtreding en overtrederschap
Samenvatting
Hoewel de rechtbank bevoegd is kennis te nemen van beroepen tegen besluiten tot handhaving op grond van de Wabo, is de Afdeling in eerste en enige aanleg bevoegd ten aanzien van beroepen tegen besluiten op grond van onder meer de Wet bodembescherming en de Wet milieubeheer. De door het college opgelegde lasten [onder dwangsom] zijn ieder afzonderlijk ondeelbaar en gebaseerd op één en hetzelfde feitencomplex. In een dergelijke situatie is de Afdeling bevoegd in eerste en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.