Einde inhoudsopgave
Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies
Artikel 4.5.4 Hoogte subsidie investeringen voor energiebesparende isolatiemaatregelen
Geldend
Geldend van 01-01-2024 tot 01-01-2025
- Bronpublicatie:
28-11-2023, Stcrt. 2023, 33812 (uitgifte: 11-12-2023, regelingnummer: WJZ/ 41045024)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2023, Stcrt. 2023, 33812 (uitgifte: 11-12-2023, regelingnummer: WJZ/ 41045024)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Indien een investering voor energiebesparende isolatiemaatregelen als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, is aangebracht in de periode vanaf 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 bedraagt de subsidie voor:
- a.
dakisolatie dan wel zolder- of vlieringvloerisolatie:
- 1°
voor het isoleren van het bestaande dak, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel a, € 15 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 200 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- 2°
voor het isoleren van de bestaande zolder- of vlieringvloer, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel a, € 4 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- b.
gevelisolatie als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel b, € 19 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 170 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- c.
glas-, kozijnpaneel- of deurisolatie in de bestaande thermische schil, voor zover de totale subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 45 vierkante meter te isoleren oppervlakte, door het vervangen van:
- 1°
glas, kozijnpanelen of deuren door HR ++ glas, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 1°, € 26,50 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte;
- 2°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 11,50 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door HR++ glas, bedoeld in subonderdeel 1°;
- 3°
glas, kozijnpanelen of deuren door triple-glas, in combinatie met een nieuw kozijn, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 2°, € 75 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte;
- 4°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 57,50 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door triple glas, bedoeld in subonderdeel 3°;
- d.
spouwmuurisolatie als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel d, € 4 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 170 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- e.
vloer- dan wel bodemisolatie via:
- 1°
het isoleren van de bestaande vloer, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel e, € 5,50 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- 2°
het isoleren van de bestaande bodem, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel e, € 3 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte.
2.
Indien een investering voor energiebesparende isolatiemaatregelen als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, is aangebracht na 31 december 2022 bedraagt de subsidie voor:
- a.
dakisolatie dan wel zolder- of vlieringvloerisolatie:
- 1°
voor het isoleren van het bestaande dak, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel a, € 15 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 200 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- 2°
voor het isoleren van de bestaande zolder- of vlieringvloer, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel a, € 4 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- b.
gevelisolatie als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel b, € 19 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 170 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- c.
glas-, kozijnpaneel- of deurisolatie in de bestaande thermische schil, voor zover de totale subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 45 vierkante meter te isoleren raamoppervlakte, door het vervangen van, of in geval van monumenten toevoegen, van:
- 1°
glas, kozijnpanelen of deuren door HR ++ glas, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 1°, € 23 per vierkante meter van de te isoleren raamoppervlakte;
- 2°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 10 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door HR++ glas, bedoeld in subonderdeel 1°;
- 3°
glas, kozijnpanelen of deuren door triple-glas, in combinatie met een nieuw kozijn, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 2°, € 65,50 per vierkante meter van de te isoleren raamoppervlakte;
- 4°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 45 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door triple glas, bedoeld in subonderdeel 3°;
- 5°
glas, kozijnpanelen of deuren door glas of voor- of achterzetbeglazing met een U-waarde van ten hoogste 3,0 W/m2K, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren met een Ud-waarde van ten hoogste 2,0 W/m2K als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 3°, € 23 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte;
- 6°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 10 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door glas of voor- of achterzetbeglazing met een U-waarde van ten hoogste 2,0 W/m2K, bedoeld in subonderdeel 5°;
- 7°
glas, kozijnpanelen of deuren door glas of voor- of achterzetbeglazing met een U-waarde van ten hoogste 2,0 W/m2K, eventueel in combinatie met nieuwe isolerende deuren met een U-waarde van ten hoogste 1,5W/m2K als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 4°, € 42,50 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte;
- 8°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 20 per vierkante meter, voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door glas of voor- of achterzetbeglazing met een U-waarde van ten hoogste 2,0 W/m2K als bedoeld in subonderdeel 7°;
- 9°
triple-glas voor monumenten als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel c, subonderdeel 4°, € 65,50 per vierkante meter van de te isoleren oppervlakte;
- 10°
glas of kozijnpanelen door nieuwe isolerende kozijnpanelen, € 45 per vierkante meter voor zover de subsidiabele kosten mede betrekking hebben op het vervangen van glas door triple glas als bedoeld in subonderdeel 8°;
- d.
spouwmuurisolatie als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel d, € 4 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 170 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- e.
vloer- dan wel bodemisolatie via:
- 1°
het isoleren van de bestaande vloer, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel e, € 5,50 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte;
- 2°
het isoleren van de bestaande bodem, bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, onderdeel e, € 3 per vierkante meter te isoleren oppervlakte, voor zover de subsidiabele kosten betrekking hebben op ten hoogste 130 vierkante meter te isoleren oppervlakte.
3.
De in het eerste en tweede lid genoemde subsidiebedragen worden verdubbeld indien:
- a.
de aanvraag voor subsidie betrekking heeft op investeringen in ten minste twee typen energiebesparende isolatiematerialen als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid;
- b.
de aanvraag voor subsidie betrekking heeft op investeringen in tenminste één type energiebesparend isolatiemateriaal als bedoeld in artikel 4.5.2, derde lid, in combinatie met een investering in ten minste één installatie voor de productie van duurzame energie als bedoeld in artikel 4.5.2, tweede lid, onderdelen a en b, dan wel in combinatie met een investering voor de aansluiting op een warmtenet als bedoeld in het vierde lid van dat artikel;
- c.
aan de subsidieaanvrager reeds subsidie is verstrekt waarbij de bedragen zijn betrokken, bedoeld in het eerste en tweede lid, en hij daaropvolgend een subsidieaanvraag indient waardoor de combinatie van investeringen ontstaat als bedoeld in onderdelen a of b. De verdubbeling van de reeds vastgestelde subsidiebedragen maken in dit geval onderdeel uit van de vaststelling van laatstbedoelde aanvraag voor subsidie.
4.
Het derde lid is niet van toepassing indien er meer dan 24 maanden is verstreken tussen de installatie of het aanbrengen van de eerste investering en de subsidieaanvraag voor de daaropvolgende investering of investeringen.
5.
Indien is geïnvesteerd in biobased milieuvriendelijk isolatiemateriaal wordt de op basis van het eerste en tweede lid berekende subsidie voor maatregelen die zijn aangebracht op of na 1 januari 2024 per vierkante meter vermeerderd met:
- a.
€ 5,– in geval van een investering in dakisolatie;
- b.
€ 1,50 in geval van een investering in zolder- of vlieringvloerisolatie;
- c.
€ 6,– in geval van een investering in gevelisolatie;
- d.
€ 1,50 in geval van een investering in spouwmuurisolatie;
- d.
€ 2,– in geval van een investering in vloerisolatie;
- e.
€ 1,– in geval van een investering in bodemisolatie.
6.
De in het vijfde lid genoemde bedragen worden niet meegenomen bij de in het derde lid genoemde verdubbeling van de subsidiebedragen.