Aansprakelijkheid, bestuurder

Documentgegevens:

HR 04-05-2001, ECLI:NL:PHR:2001:AB1429

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 4 mei 2001
Zaaknummer: C99/253HR
LJN: AB1429
Vakgebied(en): Recht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2001:AB1429, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑05‑2001
ECLI:NL:PHR:2001:AB1429, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑05‑2001
Wetingang: Art. 36 Invorderingswet 1990; art. 7 Uitvoeringsbesluit IW 1990

Essentie

Samenvatting

Casus

Aan A BV is vanwege het in gebreke blijven van de betaling van de verschuldigde omzetbelasting een naheffingsaanslag opgelegd. De aanslag is niet voldaan.

B BV heeft op 14 augustus 1990 alle aandelen van A BV verworven. De eiser tot cassatie was de enige bestuurder van B BV. Op 19 december 1990 heeft de eiser C BV opgericht, waarvan hij tevens de directeur werd, tezamen met onder andere de directeur van A BV. Per 1 mei 1991 werd een andere vennootschap tot bestuurder van A BV benoemd. De eiser is directeur van deze vennootschap. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.