BNB 2015/172
Ontslaguitkering terecht in de heffing van inkomstenbelasting betrokken. Eventuele RVU-eindheffing bij werkgever doet daaraan niet af
HR 10-07-2015, ECLI:NL:HR:2015:1811
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
10 juli 2015
- Magistraten
Mrs. Koopman, Schaap, Fierstra, Groeneveld, Wortel
- Zaaknummer
14/06224
- Conclusie
A-G Niessen
- Vakgebied(en)
Belastingrecht algemeen (V)
Loonbelasting (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1811, Uitspraak, Hoge Raad, 10‑07‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑04‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:400, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 31‑03‑2015
- Wetingang
Art. 3.81 en 3.82 Wet IB 2001; art. 10 lid 2 en 5 en art. 32ba Wet LB 1964
Essentie
Ontslaguitkering terecht in de heffing van inkomstenbelasting betrokken. Eventuele RVU-eindheffing bij werkgever doet daaraan niet af
Samenvatting
De arbeidsovereenkomst van belanghebbende is per 1 april 2009 door de kantonrechter wegens gewichtige redenen ontbonden onder toekenning van een ontslagvergoeding. De Inspecteur betrekt deze ontslaguitkering in de heffing van inkomstenbelasting. Belanghebbende stelt zich op het standpunt dat de ontslaguitkering als een regeling voor vervroegde uittreding (RVU) in de zin van de Wet LB 1964 moet worden aangemerkt, zodat deze volgens hem slechts bij wege van eindheffing van de ex-werkgever kan worden geheven. Het Hof heeft geoordeeld dat de Inspecteur de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.