Einde inhoudsopgave
Wet Nationale ombudsman
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 13-02-2009
- Bronpublicatie:
06-11-2008, Stb. 2008, 494 (uitgifte: 04-12-2008, kamerstukken: 31387)
- Inwerkingtreding
13-02-2009
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-01-2009, Stb. 2009, 53 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Bestuursprocesrecht / Nationale ombudsman
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
Wet van 4 februari 1981, houdende instelling van het ambt van Nationale ombudsman en wijziging van een aantal wetten
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat er behoefte bestaat aan een bijzondere voorziening tot onderzoek van de wijze waarop de overheid zich in een bepaalde aangelegenheid jegens de burger heeft gedragen en dat het in verband hiermede wenselijk is over te gaan tot de instelling van het ambt van Nationale ombudsman en tot wijziging van een aantal wetten;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: