Asser Procesrecht 8 Arbitrage en bindend advies
Einde inhoudsopgave
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/237:237 Verhouding tot het kort geding bij de gewone rechter.
Asser Procesrecht/Sanders, Meijer & Ernste 8 2023/237
237 Verhouding tot het kort geding bij de gewone rechter.
Documentgegevens:
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste, datum 01-06-2023
- Datum
01-06-2023
- Auteur
prof. mr. G.J. Meijer, prof. mr. P.E. Ernste
- JCDI
JCDI:ADS858295:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Alternatieve geschillenbeslechting
Burgerlijk procesrecht / Arbitrage
- Wetingang
art. 1043b Rv
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Een overeenkomst tot arbitrage belet niet dat een partij zich wendt tot de voorzieningenrechter van de rechtbank of de kantonrechter in kort geding (art. 1022a Rv). De kortgedingrechter verklaart zich bij een tijdig beroep op een geldige arbitrageovereenkomst evenwel uitsluitend bevoegd als de gevraagde beslissing niet of niet tijdig in arbitrage kan worden verkregen. Hieraan ligt de gedachte ten grondslag dat het de voorkeur verdient dat beslissingen over voorlopige voorzieningen zoveel mogelijk in handen liggen bij het ten principale bevoegde scheidsgerecht.1
De exacte invulling van het criterium ‘de gevraagde beslissing niet of niet tijdig in arbitrage kan worden verkregen’ ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.