NJ 1953/109
Bekendheid van verdachte met het vonnis.
HR 25-03-1952, ECLI:NL:HR:1952:145
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
25 maart 1952
- Magistraten
Mrs Fick, Feber, van Berckel, Westerouen van Meeteren, Haga
- Zaaknummer
[25031952/NJ_1953-109]
- Conclusie
Jhr. Mr. Dr. Van Asch van Wijck
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS134831:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1952:145, Uitspraak, Hoge Raad, 25‑03‑1952
- Wetingang
(Sv art. 408.)
Essentie
Bekendheid van verdachte met het vonnis.
Samenvatting
Ter ondersteuning van het cassatiemiddel is aangevoerd, dat van het zich voordoen ener — als in art. 408 onder b Sv. bedoelde — omstandigheid, waaruit voortvloeit dat het vonnis den verd. bekend is, slechts sprake kan zijn indien de volledige inhoud van dit vonnis ter kennis van den verd. is gekomen, en in ieder geval alleen een door den verd. op officiële wijze verkregen bekendheid met de uitspraak den bij evengenoemd wetsvoorschrift isestelden termijn een aanvang vermag te doen nemen.
Geen dezer beide stellingen vindt echter steun in den tekst van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.