AB 2016/70
Eerlijk proces. Strafvermindering na uitlokking van strafbare feiten door de politie niet voldoende. Onrechtmatig bewijs. Bewijsuitsluiting noodzakelijk.
EHRM 23-10-2014, ECLI:CE:ECHR:2014:1023JUD005464809, m.nt. T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
23 oktober 2014
- Magistraten
M. Villiger, A. Nußberger, B. M. Zupančič, A. Power-Forde, G. Yudkivska, H. Jäderblom, A. Pejchal
- Zaaknummer
54648/09
- Noot
T. Barkhuysen en M.L. van Emmerik
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS922826:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:CE:ECHR:2014:1023JUD005464809, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 23‑10‑2014
- Wetingang
Essentie
Eerlijk proces. Strafvermindering na uitlokking van strafbare feiten door de politie niet voldoende. Onrechtmatig bewijs. Bewijsuitsluiting noodzakelijk.
Samenvatting
Klager werd veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf voor betrokkenheid bij een drugstransactie. De Duitse justitie kwam klager op het spoor na een undercoveroperatie van twee politieagenten. In eerste instantie werd klager niet verdacht van enige strafbare gedragingen maar werd hij betrokken in de operatie vanwege zijn zakelijke contacten met hoofdverdachte S., waarvoor hij als tussenpersoon onroerend goedtransacties sloot. De agenten deden zich daarom voor als geïnteresseerden in een aantal onroerend goedobjecten. Toen dat op niets uitliep en ook een — ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.