Einde inhoudsopgave
Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid
Artikel 12 Bewijslast
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2004
- Bronpublicatie:
17-12-2003, Stb. 2004, 30 (uitgifte: 03-02-2004, kamerstukken: 28170)
- Inwerkingtreding
01-05-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-02-2004, Stb. 2004, 90 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Justitie
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Arbeidsrecht / Europees arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Algemeen
Ambtenarenrecht / Arbeidsvoorwaarden
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Grondrechten
1.
Indien degene die meent dat te zijnen nadeel een onderscheid is of wordt gemaakt als bedoeld in deze wet, in rechte feiten aanvoert die dat onderscheid kunnen doen vermoeden, dient de wederpartij te bewijzen dat niet in strijd met deze wet is gehandeld.
2.
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op vorderingen als bedoeld in artikel 305a van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek en op beroepen ingesteld door belanghebbenden in de zin van artikel 1:2, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.