Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling afdrachtvermindering
Artikel 16 [Administratieverplichting]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2002
- Bronpublicatie:
20-12-2001, Stcrt. 2001, 250 (uitgifte: 01-01-2001, regelingnummer: WDB2001/760M)
- Inwerkingtreding
01-01-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2001, Stcrt. 2001, 250 (uitgifte: 01-01-2001, regelingnummer: WDB2001/760M)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Afdrachtvermindering loonbelasting en premie volksverzekeringen
Loonbelasting (V)
Premieheffing (V)
1.
De inhoudingsplichtige administreert bij de loonadministratie per tijdvak waarover een afdrachtvermindering zeevaart wordt toegepast, de volgende gegevens:
- a.
per zeevarende het door deze per loontijdvak genoten loon uit tegenwoordige dienstbetrekking, alsmede het percentage van de afdrachtvermindering zeevaart dat met betrekking tot hem van toepassing is;
- b.
de berekening van de afdrachtvermindering zeevaart.
2.
De inhoudingsplichtige administreert bij de loonadministratie per kalenderjaar:
- a.
de namen, de geboortedata en de nummers van de monsterboekjes van de zeevarenden met betrekking tot wie de afdrachtvermindering zeevaart is toegepast;
- b.
de naam en de roepnaam van het zeeschip of de zeeschepen waarop de met betrekking tot wie de afdrachtvermindering zeevaart is toegepast, zeevarenden aangemonsterd zijn geweest. Voor toepassing van de vorige volzin wordt onder de roepnaam van een zeeschip verstaan de roepnaam, bedoeld in artikel 25 van het Radioreglement 1997 (Trb. 1981, nr. 78);
- c.
per zeevarende met betrekking tot wie de afdrachtvermindering zeevaart is toegepast: de periode of perioden waarin de zeevarende aan boord van een zeeschip aangemonsterd is geweest.
3.
De inhoudingsplichtige bewaart en registreert op chronologische volgorde:
- a.
de afschriften, bedoeld in artikel 18, tweede lid, van de wet;
- b.
per zeevarende met betrekking tot wie de afdrachtvermindering zeevaart is toegepast: de wijzigingen op de monsterrollen, bedoeld in artikel 33 van de Zeevaartbemanningwet.