Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2001/95/EG inzake algemene productveiligheid
Aanhef
Geldend
Geldend van 15-01-2002 tot 13-12-2024
- Bronpublicatie:
03-12-2001, PbEU 2002, L 11 (uitgifte: 15-01-2002, regelingnummer: 2001/95/EG)
- Inwerkingtreding
15-01-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-12-2001, PbEU 2002, L 11 (uitgifte: 15-01-2002, regelingnummer: 2001/95/EG)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
(Voor de EER relevante tekst)
Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 95,
Gezien het voorstel van de Commissie (1),
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (2),
Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (3) en gezien de gemeenschappelijke ontwerp-tekst die op 2 augustus 2001 door het bemiddelingscomité is goedgekeurd,
Overwegende hetgeen volgt:
- (1)
Overeenkomstig artikel 16 van Richtlijn 92/59/EEG van de Raad van 29 juni 1992 inzake algemene productveiligheid (4) moet de Raad vier jaar na de voor de tenuitvoerlegging van Richtlijn 92/59/EEG vastgestelde datum aan de hand van een verslag van de Commissie over de opgedane ervaring, vergezeld van passende voorstellen, een uitspraak doen over de eventuele aanpassing van Richtlijn 92/59/EEG. Het is noodzakelijk in Richtlijn 92/59/EEG wijzigingen aan te brengen om een aantal bepalingen ervan aan te vullen, aan te scherpen of te verduidelijken in het licht van de opgedane ervaring, van nieuwe relevante ontwikkelingen op het gebied van de veiligheid van consumentenproducten, van de in het Verdrag, in het bijzonder in de artikelen 152 betreffende de volksgezondheid en 153 betreffende de consumentenbescherming aangebrachte wijzigingen, en van het voorzorgsbeginsel. Daarom moet Richtlijn 92/59/EEG ter wille van de duidelijkheid worden omgewerkt. Veiligheid van diensten valt hierdoor buiten de werkingssfeer van deze richtlijn, aangezien de Commissie met het oog op de indiening van passende voorstellen voornemens is na te gaan of er behoefte aan communautair optreden op het terrein van dienstenveiligheid en aansprakelijkheid van de dienstverlener bestaat en welke mogelijkheden en prioriteiten zich aandienen.
- (2)
Er dienen maatregelen te worden getroffen ter verbetering van de werking van de interne markt, die een gebied zonder binnengrenzen omvat, waarbinnen het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd.
- (3)
Bij ontbreken van communautaire bepalingen kan het gebeuren dat de horizontale wettelijke voorschriften van de lidstaten inzake productveiligheid, waarbij met name aan het bedrijfsleven een algemene verplichting wordt opgelegd om uitsluitend veilige producten op de markt te brengen, resulteren in een verschillend beschermingsniveau voor de consument. Dergelijke verschillen en het ontbreken van horizontale wettelijke voorschriften in sommige lidstaten kunnen leiden tot handelsbelemmeringen en mededingingsvervalsingen binnen de interne markt.
- (4)
Om een hoog niveau van consumentenbescherming te waarborgen moet de Gemeenschap bijdragen tot de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de consument. Horizontale Gemeenschapswetgeving ter invoering van een algemeen productveiligheidsvereiste en bepalingen betreffende de algemene verplichtingen van de producenten en distributeurs, betreffende de handhaving van de communautaire productveiligheidseisen en betreffende snelle uitwisseling van informatie en maatregelen op communautair niveau in bepaalde gevallen dienen tot dit doel bij te dragen.
- (5)
Het is zeer moeilijk voor elk bestaand of mogelijk te ontwikkelen product communautaire wettelijke voorschriften vast te stellen; er bestaat behoefte aan een horizontaal wettelijk kader op brede basis dat deze producten bestrijkt en dat, met name in afwachting van de herziening van de bestaande specifieke wetgeving, tevens leemten in bestaande of toekomstige specifieke wettelijke voorschriften aanvult, met name om te zorgen voor een hoog beschermingsniveau van de veiligheid en de gezondheid van consumenten, zoals in artikel 95 van het Verdrag is voorgeschreven.
- (6)
Daarom is het nodig voor elk op de markt gebracht of anderszins aan consumenten geleverd of beschikbaar gesteld product dat voor consumenten is bestemd of onder redelijkerwijs te verwachten omstandigheden door hen kan worden gebruikt, ook al is het niet voor hen bestemd, op communautair vlak een algemeen veiligheidsvereiste vast te stellen. In al deze gevallen kunnen de betrokken producten risico's voor de gezondheid en veiligheid van de consument opleveren, die moeten worden voorkomen. Bepaalde tweedehands goederen moeten echter wegens hun aard worden uitgesloten.
- (7)
Deze richtlijn is van toepassing op producten, ongeacht hoe deze worden verkocht, ook wanneer dit door elektronische of afstandsverkoop gebeurt.
- (8)
De veiligheid van producten dient te worden beoordeeld met inachtneming van alle relevante aspecten, inzonderheid de categorieën consumenten die voor de risico's van de betrokken producten bijzonder kwetsbaar zijn, met name kinderen en ouderen.
- (9)
Diensten vallen niet onder deze richtlijn maar teneinde de beschermingsdoelstellingen te verwezenlijken moeten de bepalingen ervan tevens van toepassing zijn op producten die in het kader van dienstverlening aan consumenten worden verstrekt of ter beschikking gesteld om door hen te worden gebruikt. De veiligheid van de apparatuur die door de dienstverleners zelf wordt gebruikt om een dienst aan de consument te verlenen, valt niet onder deze richtlijn, aangezien deze immers in samenhang met de veiligheid van de verleende dienst moet worden beschouwd. In het bijzonder wordt apparatuur waarmee de consumenten zich voortbewegen of reizen en die door een dienstverlener bediend wordt, van de werkingssfeer van deze richtlijn uitgesloten.
- (10)
Producten die uitsluitend voor beroepsmatig gebruik zijn ontworpen, maar later naar de consumentenmarkt zijn overgegaan, moeten aan de eisen van deze richtlijn voldoen, omdat zij wanneer zij onder redelijkerwijs te verwachten omstandigheden worden gebruikt, risico's voor de gezondheid en veiligheid van de consument kunnen opleveren.
- (11)
Wanneer in het kader van de communautaire wetgeving specifieke bepalingen inzake de veiligheid van de betrokken producten ontbreken, moeten ter waarborging van de gezondheid en veiligheid van de consument alle bepalingen van deze richtlijn worden toegepast.
- (12)
Wanneer in specifieke communautaire regelingen veiligheidsvereisten zijn vastgelegd die slechts betrekking hebben op bepaalde risico's of risicocategorieën van de betrokken producten, gelden voor het bedrijfsleven ten aanzien van deze risico's die verplichtingen welke krachtens de bepalingen van die specifieke regeling worden vastgesteld, terwijl het algemene veiligheidsvereiste van de onderhavige richtlijn op de overige risico's van toepassing moet zijn.
- (13)
De bepalingen van deze richtlijn inzake de andere verplichtingen van de producenten en distributeurs, inzake de verplichtingen en bevoegdheden van de lidstaten, inzake de uitwisseling van informatie en situaties waarin snel optreden geboden is, alsmede inzake de informatieverspreiding en vertrouwelijkheid, gelden voor producten die onder specifieke communautaire voorschriften vallen, indien deze voorschriften niet reeds dergelijke verplichtingen inhouden.
- (14)
Om een doeltreffende en samenhangende toepassing van het in deze richtlijnen bedoelde algemene veiligheidsvereiste te vergemakkelijken moeten voor bepaalde producten en risico's zodanig niet-verplichte Europese normen worden opgesteld, dat een product dat aan een nationale norm voldoet waarin een Europese norm is omgezet, geacht kan worden in overeenstemming met genoemd veiligheidsvereiste te zijn.
- (15)
Overeenkomstig de doelstellingen van deze richtlijn moeten de Europese normalisatie-instellingen Europese normen opstellen krachtens de door de Commissie met hulp van de relevante comités gegeven mandaten. Om ervoor te zorgen dat producten die met de normen in overeenstemming zijn, aan het algemene veiligheidsvereiste voldoen, moet de Commissie, bijgestaan door een comité dat bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten, de vereisten vaststellen waaraan de normen moeten voldoen. Deze vereisten moeten worden opgenomen in de mandaten van de normalisatie-instellingen.
- (16)
Bij ontbreken van een specifieke regeling en wanneer op grond van mandaten van de Commissie opgestelde Europese normen niet beschikbaar zijn of niet worden gebruikt, moet de veiligheid van een product worden beoordeeld aan de hand van met name nationale normen waarin eventuele andere relevante Europese of internationale normen zijn omgezet, aanbevelingen van de Commissie, of bij ontbreken daarvan, nationale of internationale normen, gedragscodes, de stand van de vakkennis en de veiligheid die de consumenten redelijkerwijs mogen verwachten. In dit verband kunnen de aanbevelingen van de Commissie de coherente en doeltreffende toepassing van deze richtlijn vergemakkelijken in afwachting van Europese normen of voor de risico's en/of producten ten aanzien waarvan men van oordeel is dat deze normen niet mogelijk of passend zijn.
- (17)
Passende onafhankelijke certificering die door de bevoegde autoriteiten is erkend, kan het bewijs van overeenstemming met de toepasselijke criteria inzake productveiligheid vergemakkelijken.
- (18)
Daar het bedrijfsleven onder bepaalde omstandigheden maatregelen moet nemen om risico's voor de consument te voorkomen is het wenselijk dat naast de verplichting aan het algemene veiligheidsvereiste te voldoen, het bedrijfsleven nog andere verplichtingen worden opgelegd.
- (19)
De aan de producenten op te leggen bijkomende verplichtingen omvatten de vaststelling van op de productkenmerken afgestemde maatregelen waardoor zij op de hoogte kunnen blijven van de risico's die mogelijkerwijs aan deze producten zijn verbonden, het verstrekken van inlichtingen aan de consument waardoor deze de risico's kan beoordelen en voorkomen, het waarschuwen van consumenten voor risico's van al aan hen geleverde producten, het uit de handel nemen van deze producten en in laatste instantie het terugroepen van die producten indien nodig, hetgeen een passende vorm van compensatie kan inhouden, volgens de toepasselijke bepalingen in de lidstaten bijvoorbeeld omwisseling of terugbetaling.
- (20)
De distributeurs moeten ertoe bijdragen dat de toepasselijke veiligheidseisen worden nagekomen. De op de distributeurs rustende verplichtingen zijn naar evenredigheid van toepassing op hun respectieve aansprakelijkheden. Meer in het bijzonder is het, waar het om charitatieve activiteiten gaat, soms onmogelijk de bevoegde autoriteiten informatie en documentatie te verstrekken over de eventuele risico's en de herkomst van het product in het geval van afzonderlijke tweedehandse voorwerpen die door particulieren werden verstrekt.
- (21)
Zowel de producenten als de distributeurs moeten met de bevoegde autoriteiten samenwerken bij het nemen van maatregelen om risico's te voorkomen en moeten die autoriteiten inlichten ingeval zij tot de slotsom komen dat bepaalde geleverde producten gevaarlijk zijn. De voorwaarden voor het verstrekken van deze inlichtingen moeten in deze richtlijn worden vastgelegd teneinde een doeltreffende toepassing daarvan te vergemakkelijken en een al te grote belasting voor het bedrijfsleven en de autoriteiten te voorkomen.
- (22)
Om nakoming van de op de producenten en distributeurs rustende verplichtingen daadwerkelijk te kunnen afdwingen, dienen de lidstaten autoriteiten aan te stellen of aan te wijzen die toezicht moeten uitoefenen op de productveiligheid en bevoegd zijn passende maatregelen te nemen, met inbegrip van het opleggen van doeltreffende, evenredige en afschrikkende sancties, en dienen zij te zorgen voor een goede coördinatie tussen de verschillende aangewezen autoriteiten.
- (23)
Deze passende maatregelen dienen met name in te houden dat de lidstaten de bevoegdheid hebben reeds op de markt gebrachte gevaarlijke producten onmiddellijk en daadwerkelijk uit de handel te laten nemen of te nemen en in laatste instantie al aan consumenten geleverde producten terug te laten roepen dan wel het terugroepen te coördineren of te organiseren. Van deze bevoegdheden moet gebruik worden gemaakt wanneer de producenten en distributeurs niet aan hun verplichtingen ten aanzien van het voorkomen van risico's voor de consument voldoen. Zo nodig moeten de autoriteiten over de juiste bevoegdheden en procedures beschikken om alle noodzakelijke maatregelen snel vast te stellen en toe te passen.
- (24)
De veiligheid van de consument is sterk afhankelijk van een actieve handhaving van de communautaire voorschriften inzake productveiligheid. Daarom dienen de lidstaten om de doeltreffendheid van het markttoezicht en de overige handhavingsactiviteiten te waarborgen, systematisch te werk te gaan en dienen zij te zorgen voor openheid tegenover het publiek en de belanghebbende partijen.
- (25)
De handhavingsautoriteiten van de lidstaten moeten ter verwezenlijking van de met de richtlijn beoogde bescherming onderling samenwerken. Het is daarom wenselijk het functioneren van een Europees net van handhavingsautoriteiten van de lidstaten te bevorderen, zulks ter vergemakkelijking, op een met andere communautaire procedures, in het bijzonder het systeem voor snelle uitwisseling van informatie (RAPEX), gecoördineerde wijze, van een betere samenwerking op operationeel vlak betreffende het markttoezicht en de overige handhavingsactiviteiten, in het bijzonder de risico-evaluatie, het testen van producten, de uitwisseling van deskundigheid en wetenschappelijke kennis, het uitvoeren van gezamenlijke bewakingsprojecten en het opsporen, uit de handel nemen of terugroepen van gevaarlijke producten.
- (26)
Om een eenvormig en hoog beschermingsniveau voor de gezondheid en veiligheid van de consument te waarborgen en de eenheid van de interne markt in stand te houden, moet de Commissie in kennis worden gesteld van elke maatregel waarbij het op de markt brengen van een product wordt beperkt of waarbij wordt bepaald dat een product uit de handel moet worden genomen of moet worden teruggeroepen. Dergelijke maatregelen moeten in overeenstemming met het Verdrag, met name de artikelen 28, 29 en 30, worden genomen.
- (27)
Voor een doeltreffend toezicht op de veiligheid van producten is het nodig dat op nationaal en Gemeenschapsvlak een systeem wordt opgezet voor snelle uitwisseling van informatie in situaties waarin zich een ernstig risico voordoet in verband met de veiligheid van een product en die snel ingrijpen vereisen. Voorts is het dienstig dat deze richtlijn nadere procedures voor de toepassing van het systeem bevat en dat de Commissie, bijgestaan door een comité, de bevoegdheid wordt verleend deze procedures aan te passen.
- (28)
Deze richtlijn voorziet in de vaststelling van niet-bindende richtsnoeren, die ertoe strekken eenvoudige en duidelijke criteria, alsmede aanpasbare praktische regels aan te reiken, in het bijzonder om een doeltreffende kennisgeving mogelijk te maken van maatregelen die het in het verkeer brengen van producten beperken in gevallen als bedoeld in deze richtlijn, rekening houdend met de verscheidenheid van situaties waarmee de lidstaten en de economische actoren te maken hebben. De richtsnoeren moeten in het bijzonder criteria bevatten ter toepassing van de definitie van ernstige risico's om een consequente toepassing van de desbetreffende bepalingen bij dergelijke risico's te vergemakkelijken.
- (29)
Het is in de eerste plaats de taak van de lidstaten in overeenstemming met het Verdrag, met name de artikelen 28, 29 en 30, passende maatregelen vast te stellen met betrekking tot gevaarlijke producten die zich op hun grondgebied bevinden.
- (30)
Wanneer er echter tussen de lidstaten een verschil bestaat inzake de aanpak van het risico van bepaalde producten, kan dit tot een onaanvaardbare ongelijkheid in de consumentenbescherming leiden en een belemmering van het intracommunautaire handelsverkeer vormen.
- (31)
Het kan noodzakelijk zijn het hoofd te bieden aan ernstige problemen met betrekking tot de veiligheid van een product die snel ingrijpen vereisen, die voor de gehele Gemeenschap of een aanzienlijk deel daarvan een onmiddellijke bedreiging vormen of kunnen vormen, en waartegen, gelet op de aard van het veiligheidsprobleem dat door het product gevormd wordt, binnen het kader van de procedures van de specifieke communautaire wetgeving inzake het betrokken product of de betrokken categorie producten, niet kan worden opgetreden op een wijze die in overeenstemming is met de spoedeisendheid van het probleem.
- (32)
Daarom moet worden gezorgd voor een passend mechanisme dat het mogelijk maakt in laatste instantie in de gehele Gemeenschap geldende maatregelen vast te stellen, in de vorm van een tot de lidstaten gerichte beschikking, teneinde het hoofd te bieden aan situaties die het gevolg zijn van producten die een ernstig risico inhouden. Een dergelijke beschikking moet voorzien in een verbod op uitvoer van het product, tenzij in een concreet geval uitzonderlijke omstandigheden rechtvaardigen dat tot een gedeeltelijk of zelfs tot geen verbod wordt besloten, met name wanneer er een systeem van voorafgaande goedkeuring is ingesteld. Het uitvoerverbod moet bovendien getoetst worden om risico's voor de gezondheid en veiligheid van de consument te voorkomen. Aangezien een dergelijke beschikking niet rechtstreeks van toepassing is op de marktdeelnemers, moeten de lidstaten de nodige maatregelen nemen voor de uitvoering ervan. De volgens een dergelijke procedure vastgestelde maatregelen zijn tijdelijke maatregelen, behalve wanneer zij van toepassing zijn op afzonderlijk gespecificeerde producten of partijen producten. Teneinde de behoefte aan dergelijke maatregelen adequaat te kunnen beoordelen en deze op de beste wijze voor te kunnen bereiden, moeten ze worden genomen door de Commissie, bijgestaan door een comité, in overleg met de lidstaten, en, indien het gaat om wetenschappelijke vraagstukken die onder de bevoegdheid van een wetenschappelijk comité van de Gemeenschap vallen, in overleg met het wetenschappelijk comité dat voor het betrokken risico bevoegd is.
- (33)
De voor de uitvoering van deze richtlijn vereiste maatregelen moeten worden genomen overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden (5).
- (34)
Om een doeltreffende en consequente toepassing van deze richtlijn te vergemakkelijken, kan het nodig zijn de verschillende aspecten van de toepassing te bespreken in een comité.
- (35)
Er dient voor te worden gezorgd dat de gegevens inzake de productveiligheid waarover de autoriteiten beschikken, voor het publiek toegankelijk zijn. De in artikel 287 van het Verdrag bedoelde geheimhoudingsplicht dient echter te worden nagekomen op een wijze die verenigbaar is met de noodzaak om de doeltreffendheid van het markttoezicht en de beschermende maatregelen te waarborgen.
- (36)
Deze richtlijn dient de rechten van slachtoffers in de zin van Richtlijn 85/374/EEG van de Raad van 25 juli 1985 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (6) onverlet te laten.
- (37)
De lidstaten moeten ervoor zorgen dat er passende rechtsmiddelen bij de bevoegde rechterlijke instanties kunnen worden aangewend met betrekking tot de door de bevoegde autoriteiten getroffen maatregelen waarbij het op de markt brengen van een product wordt beperkt of waarbij wordt bepaald dat het product uit de handel genomen of teruggeroepen moet worden.
- (38)
Voorts moeten de ter voorkoming van risico's voor de veiligheid en de gezondheid van consumenten getroffen maatregelen met betrekking tot ingevoerde goederen, zoals die welke een uitvoerverbod inhouden, in overeenstemming zijn met de internationale verplichtingen van de Gemeenschap.
- (39)
De Commissie dient op gezette tijden na te gaan hoe deze richtlijn wordt toegepast en tot welke resultaten zij heeft geleid, met name wat het functioneren van de systemen voor markttoezicht, de snelle uitwisseling van informatie en maatregelen op communautair vlak betreft, alsmede andere aangelegenheden die voor de veiligheid van consumentenproducten in de Gemeenschap van belang zijn, en dient hierover het Europees Parlement en de Raad regelmatig verslag uit te brengen.
- (40)
Deze richtlijn dient de verplichtingen van de lidstaten, wat de termijn voor de omzetting en toepassing van Richtlijn 92/59/EEG betreft, onverlet te laten,
HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:
Voetnoten
PB C 337 E van 28.11.2000, blz. 109, en PB C 154 E van 29.5.2001, blz. 265.
PB C 367 van 20.12.2000, blz. 34.
Advies van het Europees Parlement van 15 november 2000 (PB C 223 van 8.8.2001, blz. 154), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 12 februari 2001 (PB C 93 van 23.3.2001, blz. 24) en besluit van het Europees Parlement van 16 mei 2001 (nog niet verschenen in het Publicatieblad). Besluit van het Europees Parlement van 4 oktober 2001 en besluit van de Raad van 27 september 2001.
PB L 228 van 11.8.1992, blz. 24.
PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.
PB L 210 van 7.8.1985, blz. 29. Richtlijn gewijzigd door Richtlijn 1999/34/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 141 van 4.6.1999, blz. 20).