Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde verordening (EU) 2015/35 tot aanvulling van Richtlijn 2009/138/EG betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II)
Artikel 62 Beoordeling van de aanvraag
Geldend
Geldend vanaf 18-01-2015
- Bronpublicatie:
10-10-2014, PbEU 2015, L 12 (uitgifte: 17-01-2015, regelingnummer: 2015/35)
- Inwerkingtreding
18-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-10-2014, PbEU 2015, L 12 (uitgifte: 17-01-2015, regelingnummer: 2015/35)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verzekeringsrecht / Algemeen
1.
De toezichthoudende autoriteiten houden, met het oog op de beoordeling als bedoeld in artikel 90, lid 4, van Richtlijn 2009/138/EG, rekening met alle volgende elementen:
- (a)
de rechtsgeldigheid en de afdwingbaarheid in rechte van de voorwaarden van de verbintenis in alle relevante rechtsgebieden;
- (b)
de contractuele voorwaarden van de regeling die de verzekerings- of herverzekeringsonderneming is aangegaan of zal aangaan met de tegenpartijen die de middelen verstrekken;
- (c)
in voorkomend geval, de statuten van de verzekerings- of herverzekeringsonderneming;
- (d)
of de verzekerings- of herverzekeringsonderneming over procedures beschikt om de toezichthoudende autoriteiten in kennis te stellen van eventuele toekomstige veranderingen, die kunnen leiden tot een beperking van het vermogen van het aanvullendvermogensbestanddeel om verliezen te compenseren, ten aanzien van een van de volgende elementen:
- i)
de structuur of contractuele voorwaarden van de regeling;
- ii)
de status van de betrokken tegenpartijen;
- iii)
de invorderbaarheid van het aanvullendvermogensbestanddeel.
2.
De toezichthoudende autoriteiten beoordelen tevens of aan artikel 90 van Richtlijn 2009/138/EG is voldaan, waarbij zij rekening houden met de verschillende omstandigheden waaronder het bestanddeel kan worden opgevraagd om verliezen te compenseren.
3.
Wanneer de verzekerings- of herverzekeringsonderneming om goedkeuring verzoekt van een methode om het bedrag van elk aanvullendvermogensbestanddeel te bepalen, beoordelen de toezichthoudende autoriteiten of de door de onderneming gevolgde procedure voor de periodieke validering van de methode garandeert dat de resultaten van de methode doorlopend het vermogen van het bestanddeel om verliezen te compenseren, weerspiegelen.
4.
Naast de vereisten van de leden 1 tot en met 3 beoordelen de toezichthoudende autoriteiten de aanvraag tot goedkeuring van aanvullend vermogen op basis van de criteria die in de artikelen 63, 64 en 65 zijn vermeld.