RvdW 2016/927
Medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van verdovende middelen in een woning en medeplegen van het voorhanden hebben van versnijdingsmiddelen in een schuur onvoldoende gemotiveerd.
HR 30-08-2016, ECLI:NL:HR:2016:2008
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 augustus 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend
- Zaaknummer
15/00993
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2008, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑08‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:683, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑05‑2016
Essentie
Medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van verdovende middelen in een woning en medeplegen van het voorhanden hebben van versnijdingsmiddelen in een schuur onvoldoende gemotiveerd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 9 februari 2015, nummer 23/000706-13, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: mr. P.H.L.M. Souren, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G. Knigge:
1.
Het gerechtshof Amsterdam heeft bij arrest van 9 februari 2015 onder aanvulling van gronden bevestigd het vonnis van de rechtbank Amsterdam van 6 februari 2013, waarbij de verdachte wegens 1. “medeplegen van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.