RvdW 2018/742
Kunnen kosten betreffende ‘aanwezigheid bij rechtszaak’ in aanmerking worden genomen bij de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel?
HR 12-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:905
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 juni 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/04504
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:905, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:290, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑04‑2018
Essentie
Kunnen kosten betreffende ‘aanwezigheid bij rechtszaak’ in aanmerking worden genomen bij de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel?
Partij(en)
12 juni 2018
Strafkamer
nr. S 16/04504
SK
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch van 29 augustus 2016, nummer 20/003552-15, in de strafzaak tegen:
[verdachte] , geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1985.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.E. Harteveld:
Het gerechtshof 's-Hertogenbosch heeft bij arrest van 29 augustus 2016 het vonnis van de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.