Einde inhoudsopgave
Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering
Artikel 277 [Oproeping conform EU-betekeningsverordening]
Geldend
Geldend vanaf 01-05-2023
- Bronpublicatie:
15-03-2023, Stb. 2023, 95 (uitgifte: 27-03-2023, kamerstukken: 36152)
- Inwerkingtreding
01-05-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-04-2023, Stb. 2023, 128 (uitgifte: 21-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
De oproeping bij brief van verzoekers of belanghebbenden die geen bekende woonplaats of bekend werkelijk verblijf in Nederland hebben, maar wel een bekende woonplaats of een bekend werkelijk verblijf in een Staat waar de verordening (EU) 2020/1784 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2020 inzake de betekening en de kennisgeving in de lidstaten van gerechtelijke en buitengerechtelijke stukken in burgerlijke of in handelszaken (de betekening en kennisgeving van stukken) van toepassing is, geschiedt door rechtstreekse verzending overeenkomstig artikel 18 van de verordening. In plaats daarvan mag het gerecht ook een vertaling van de oproeping verzenden in een taal als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de verordening. Het gerecht maakt in de oproeping melding van de verzending, alsmede van het volgende:
- a.
de datum van verzending;
- b.
de wijze van verzending;
- c.
of een vertaling is verzonden en zo ja, in welke taal;
- d.
de mededeling in een van de in artikel 12, eerste lid, van de verordening bedoelde talen, dat degene voor wie het stuk bestemd is, dit mag weigeren als het niet gesteld is in of niet vergezeld gaat van een vertaling in een van de in artikel 12, eerste lid, van de verordening bedoelde talen en dat geweigerde stukken naar hem moeten worden gezonden.
2.
Het gerecht mag de oproeping ook verrichten door verzending daarvan aan een ontvangende instantie als bedoeld in artikel 3, tweede lid, van de verordening, ter betekening aan degene voor wie de oproeping bestemd is, via het systeem zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de verordening of via alternatieve middelen van verzending in het geval van artikel 5, vierde lid, van de verordening. Indien de oproeping niet is opgesteld in een van de in artikel 12, eerste lid, van de verordening bedoelde talen, verzendt het gerecht ook een vertaling in een taal als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de verordening.’
Het gerecht maakt in de oproeping melding van de verzending, alsmede van volgende gegevens:
- a.
de datum van verzending;
- b.
de naam en het adres van de ontvangende instantie;
- c.
de wijze van verzending;
- d.
in het geval van artikel 5 lid 4 van de verordening, de reden van de verzending met alternatieve middelen;
- e.
of een vertaling is meegezonden en, zo ja, in welke taal;
- f.
de taal waarin het formulier als bedoeld in artikel 8, tweede lid, van de verordening is ingevuld;
- g.
de gevraagde wijze van betekening.