RO 2023/66
Kan het gedrag van een indirecte aandeelhouder het voorwerp zijn van een enquêteonderzoek en is een indirecte aandeelhouder verplicht te handelen in overeenstemming met art. 2:8 lid 1 BW?
HR 22-09-2023, ECLI:NL:HR:2023:1283
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 september 2023
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, M.J. Kroeze, C.E. du Perron, H.M. Wattendorff, F.R. Salomons
- Zaaknummer
22/01738
- Conclusie
A-G mr. B.F. Assink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS934815:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1283, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑09‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:360, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 17‑02‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑05‑2022
- Wetingang
Essentie
Reikwijdte enquête. Economische werkelijkheid.
Kan het handelen van een indirecte aandeelhouder voorwerp zijn van een enquêteonderzoek naar het beleid en de gang van zaken van de vennootschap waarin de aandeelhouder middellijk aandelen houdt en is deze aandeelhouder gehouden te handelen volgens art. 2:8 lid 1 BW jegens de vennootschap en degenen die krachtens de wet en de statuten bij de vennootschap zijn betrokken?
Samenvatting
Vereniging Fundabelang, die een aantal houders van certificaten van aandelen in Funda B.V. (hierna: Funda) vertegenwoordigt, heeft samen met haar bestuurders, die ook certificaten houden (hierna gezamenlijk: Fundabelang c.s.), de OK onder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.